Het levensverhaal van
visserman 'Ome Henk Bais' (2)
In de vorige aflevering was Ome Henk
gebleven bij het tijdstip dat de oorlog
'40 - '45 uitbrak en de vissers de ha
ven opzochten.
We waren om acht uur in de haven en
je hoorde van alles.
We waren op de rede van Texel al
verschillende schepen van de marine
tegengekomen die naar Engeland gin
gen, zoals werd gezegd.
Er was geen visafslag, alles lag stil, dus
hebben we de vis de volgende dag op
de rede te water gegooid.
Die ene mand tongen konden we nog
verkopen aan een vrouwelijke visven-
ter voor fl. 2,50 die hele mand.
Er werd die dag ook niet gegeten. De
vierde dag werd er gezegd: "Den Hel
der wordt gebombardeerd".
Wij, met onze hele familie op het
schip en naar Schoorldam gevaren;
want velen vluchtten uit Den Helder.
Na de capitulatie zijn we weer naar
Den Helder teruggegaan, maar na
het grote bombardement (24/25 juni
1940) zijn we met het schip naar Van
Ewijcksluis gegaan. Daar lagen we
met wel 25 vissersschepen.
Op last van de politie moesten we
wijd en zijd uit elkaar gaan liggen,
omdat anders vliegtuigen zouden
kunnen denken dat we een gevechts
eenheid waren, wat dus gevaarlijk
was.
Wij dus wat verder in de Ewijcksvaart,
voor een grote boerderij (je moest
toch water kunnen halen?), een hele
mooie boerderij. Toen we om water
vroegen zei de boer dat hij geen wa
terleiding had; hij moest het ook van
regenwater hebben. Maar hij hielp
ons toch zo veel mogelijk aan water.
Daar onze verdiensten ook stil ston
den gingen we naar de boer om te
werken. Nu kwamen er vele vluchte
lingen uit Den Helder om werk bij de
boeren te zoeken, maar omdat ik een
overall aan had, nam die boer mij.
Mijn eerste loon was fl. 7,00 per week;
mijn vader verdiende fl. 18,00 per
week bij die boer.
Het werd september en toen raakte
het werk af en kregen we ontslag. We
hoorden dat we mochten vissen in de
haven van Den Helder, op sardien;
dat doe je met twee schepen en een
net ertussen. We hebben toen aan de
bollenboer gevraagd of mijn moeder
met de kinderen tijdelijk in de bollen
schuur mocht wonen. Als de bollen
uit de grond kwamen was het voor
jaar en dan zou de oorlog allang over
zijn (dachten we). Vervolgens gingen
vader, broer en ik met het schip terug
naar Den Helder. En zo gingen we
iedere dag op de fiets van Van Ewijck
sluis naar Den Helder om overdag te
vissen.
We moesten met het schip in de Bin-
"ln span vissen" in
de Buitenhaven:
twee schepen met
een net ertussen
(beeldbank).
85