2000 Nederlanders sneuvelden of
raakten gewond.53 Frederik Stachou-
wer liet het leven. Op T Wapen van
Nassau waren 5 doden en 14 gewon
den. Mogelijk was Vlugh een van die
gewonden, maar het kan ook zijn dat
hij zijn schotwond pas opliep in de
Tweedaagse zeeslag. Op 8 november
1707 gaf zijn zoon Albert Vlugh op
de Weeskamer te Enkhuizen de kogel
af die was verwijderd uit het been van
zijn vader. Er zat een brieve bij van
Thomas Vlugh, waaruit blijkt dat 'den
Capitein David Vlug, in eene der 5
Zee-slagen tegens de Engelschen, wel
ken op den 11:12:13: en 14den Juny en
den 4den Augustus 1666 voorvielen,
in het dik van zyn been is geschoten'.54
Beide vloten waren flink gehavend.
Op 4 juli was de Nederlandse vloot
van uiteindelijk 88 oorlogsschepen
en fregatten, 10 adviesjachten en
20 branders weer gevechtsklaar. De
Engelsen konden een ongeveer even
grote macht in zee brengen.55
De vloot werd weer verdeeld in drie
eskaders. Op 4 augustus stuitten
beide vloten bij Noord-Voorland op
elkaar. Het 2e eskader - de voor
hoede - werd door de Engelsen
uiteengeslagen, het 1e eskader - het
centrum - onder De Ruyter en met
David Vlugh op 'T Wapen van Nas
sau kreeg het zwaar te verduren, maar
hield stand en het 3e eskader - de
achterhoede - onder Tromp raakte
in gevecht met de achterhoede van
de Engelsen. Die werd op de vlucht
gejaagd en zonder acht te slaan op de
benarde positie van De Ruyter ging
Tromp er achteraan. Pas de dag daar
op keerde hij terug om te zien hoe De
Ruyter er voor stond.56
Voor De Ruyter was de strijd al snel
ontaard in een afweerslag. De voor
hoede liet de moed zakken en begon
te wijken, waardoor het centrum de
volle druk kreeg te verduren. De situ
atie werd onhoudbaar. De Zeven Pro
vinciën werd zwaar belaagd en Tromp
kwam maar niet opdagen. Toen de
zwakke broeders onder de kapiteins
zich lieten afzakken werd terugtrek
ken het parool. Met de invallende
duisternis nam de druk van de En
gelsen wat af, zodat de Nederlanders
de kans kregen hun zwaar gehavende
schepen enigszins te herstellen.57
Op 5 augustus leek de positie van De
Ruyter hopeloos. Hij lag ingesloten en
werd van alle kanten door de Engel
sen aangevallen. Een aantal schepen
was er al vandoor en van Tromp
nog steeds geen spoor te bekennen.
De Ruyter was de wanhoop nabij en
besloot al strijdende te wijken 'door
eenige weinige scheepen, met namen
den Kapitein David Vlug, die zich
meest achter hem en dichtst by d' En
gelschen hieldt, trouwelyk geholpen'.
Uiteindelijk bereikte een handjevol
schepen veilig de kust van Zeeland.58
De Nederlandse vloot had een gevoe
lige nederlaag geleden. Er waren veel
doden en gewonden te betreuren.
Achteraf viel de materiële schade mee:
twee schepen reddeloos en zesentwin
tig zwaar beschadigd, waaronder 'T
Wapen van Nassau. Begin september
koos de vloot opnieuw zee, maar
zonder Tromp, die werd ontslagen.
De Tweedaagse Zeeslag. Litho van P.J. Schotel uit de negentiende eeuw (Collectie Marinemuseum).
De Tweedaagse Zeeslag op 4 en 5
augustus 1666
50