Kwitantie van 2 V gulden voor de verhuur van vijf doodskleden. De kleden waren
bestemd voor opvarenden van het schip van kapitein die in de zomer
van 1666 in het Medemblikker gasthuis aan hun verwondingen waren overleden
(Westfries Archief Hoorn, OA Medemblik 393 (bergnummer 1504).
De transcriptie luidt:
'ontfangen bij mijn ondergeschreven uijthanden van Meindert Pietersz Kuijper wee-
gens den tresoorier Maarten Bartelsz Buesier ten dienst vant landt voor huer van
vijft persoonen de doodtkleeden toegelanght die inde laaste batalije gequest sijnde
opt schip van kappeteijn Houdtthuijn ende als doen thuijs koomende ende in onse
stadt Medenblijck van haer quetsuere gestorven sijnde met namen Jan Pietersz
Beschuijdt ende Heinderyck Krelisz Prins ende Gerridt Suijdt van Medenblijck ende
Nijklaas Ubels van Bon en Nijklaas Voster ijder doodt Kleedt van ijder persoon thien
stuy(vers) beloopt samen k(arolus gulden) 2-10-0 Dathum bij mijn ontfangen opden
26 september 1666. Dit merck gestelt bij Lijsebet Vechters'.
ruffywjpzy -&iïHyy pul sj dr-fjnafaj
f ^fi (rwfflupfffy crj^rbey
q-\-
Fragment van de grafsteen van kapi
tein Houttuijn in de Bonifaciuskerk te
Medemblik.
rake treffers te incasseren. In de och
tend van 12 juni stapte Tromp over
op zijn derde schip. Vermoedelijk was
het schip van Houttuijn te bezwaar
beschadigd om nog aan het gevecht
deel te nemen.73
De dood van
Adriaan Dirksz Houttuijn
Hoewel de slag tussen de Nederlandse
en Engelse vloot nog voortduurde,
trok de Jonge Prins zich uit de strijd
terug. Op 15 juni viel het gehavende
schip het Goereese Gat binnen,
waarna het op de rede van Hellevoet-
sluis voor anker ging. De balans werd
opgemaakt. Men telde 13 doden en
35 gewonden.74 Ook kapitein Hout-
tuijn had het gevecht met de Engelsen
niet overleefd. Hij was 67 jaar gewor
den. Het lijk van de kapitein en de
gewonden van de Jonge Prins werden
op transport naar Medemblik gezet.
Opvarenden zonder kwetsuren bleven
op het schip. Het was de bedoeling dat
de Jonge Prins, die 'seer ontramponeert
ende doorboort was, zo snel mogelijk
weer gevechtsklaar zou worden ge-
maakt.75 Maar de admiraliteit van het
Noorderkwartier was niet bijzonder
vlot met het sturen van mensen en
materiaal naar Hellevoetsluis. Deze si
tuatie leidde tot grote spanningen aan
boord van het oorlogsschip. Meerdere
opvarenden sprongen van boord in
een wanhopige poging aan land te
komen. Hierbij vonden twee mannen
de verdrinkingsdood.76 Pas op 25 juni
kwam een groep timmerlieden aan
boord om reparatiewerkzaamheden
te verrichten.77
De strijd tussen de Nederlandse en
Engelse oorlogsvloot, die van 11 tot
en met 14 juni duurde, eindigde in
een overwinning voor de Nederlan
ders. Maar aan beide zijden waren
grote offers gebracht. De Nederlan
ders verloren 4 schepen, aan Engelse
zijde gingen 10 schepen verloren.
Duizenden zeelieden en soldaten
vonden de dood of raakten gewond.
De gewonde opvarenden van de Jonge
Prins arriveerden op 19 juni 1666 in
Medemblik. Daar werden de meeste
van hen in het gasthuis aan de Oude
Haven ondergebracht.78 Enkele opva
renden hadden zeer ernstige verwon
dingen, als gevolg waarvan zij alsnog
het leven lieten. Zo overleed op 10
39
~yr-nu<-p -£eut>jï)f Vtnrv- J*1 lDfyj&ty ynjfl- Icrffr/brPi&J
cZpuil>i)& crv-f -diii&at