Japans bombardement op Marine Etablissement te Soerabaja. Toen kwamen de Jappen! Mijn broer en schoonzusje verdwenen in de Jappenkampen en de Jappen namen hun alles af. Toen zij na de oorlog in Nederland kwamen bezaten ze niets meer. Zelfs hun trouwboekje waren ze kwijt. Zij zijn hier in Nederland toen opnieuw getrouwd, mijn broer heeft al zijn vroeger behaalde diploma's die hij ook kwijtgeraakt was, opnieuw behaald en is weer gaan varen. Dat viel niet mee om op veertigjarige leeftijd opnieuw te beginnen. Mijn jongste broer was eveneens koopvaardijofficier (scheepswerktuigkundige) en had een goede baan bij de Shell. Hij voer op tankers tussen Cura^ao en Venezuela. Hij was vlak voor de oorlog hier in Nederland getrouwd. Na het huwelijk vertrok hij vast naar Curaipio en mijn schoonzusje zou later gaan. Toen brak op 10 Mei 1940 de oorlog uit. De mensen van de Shell probeerden mijn schoonzusje nog voor de capitulatie te bereiken, want er ging een schip naar Engeland, de Van Rentselaer, en daar kon zij op meevaren. Dit is niet gelukt en zij kwam niet meer weg uit Nederland. Zij heeft hier in Nederland als pas getrouwde vrouw het einde van de oorlog moeten afwachten tot mijn broer haar kwam halen. Mijn broer hoorde op Cura^ao, dat de Van Rentselaer even buiten IJmuiden door de Duitsers in de grond was geboord en dat de overlevenden naar Londen waren gebracht. Hij verkeerde daarom in de veronderstelling, dat, als mijn schoonzusje nog leefde, zij in Londen moest zijn. Een collega van hem had een contract getekend om op tankers tussen Cura^ao en Engeland te varen. Hij heeft toen dat contract van zijn collega overgenomen en is naar Engeland gevaren om zijn vrouw te zoeken. Tot zijn grote verdriet was zij daar niet en hoorde hij dat zij nog in Nederland was. Maar hij zat toen wel aan dat contract vast. Dit had grote gevolgen, want hij heeft vrijwel de gehele oorlog met zeer gammele tankers tussen Cura^ao en Engeland moeten varen en is daarbij zo'n elf keer uit zee gehaald, omdat zijn schip werd getorpedeerd door de Duitsers. Hij is hiervoor onderscheiden door koningin Wilhelmina, maar heeft van die vreselijke periode wel een groot oorlogstrauma overgehouden. Ook de mensen van de koopvaardij hebben vreselijk geleden in de oorlog. Het zou goed zijn om ook deze mensen eens de aandacht te geven die ze verdienen. Mijn ouders hadden dus drie kinderen van wie ze de hele oorlog taal noch teken hebben gehad. Zij wisten niet of hun kinderen nog leefden, of wat er met hen gebeurde. Bij alle narigheid die wij zelf hier in Nederland hadden kwamen ook nog de zorgen en de angst om de andere kinderen van mijn ouders. Wij waren maar wat blij dat wij elkaar na de oorlog allemaal levend, maar wel geestelijk en lichamelijk gehavend, terugzagen. Van hun kant hadden de kinderen zorgen om ons hier in Nederland. Mijn jongste broer heeft de hele oorlog door via het Rode Kruis voedselpakketten naar mijn ouders en mijn schoonzusje gestuurd, maar daarvan zijn slechts twee aangekomen, en dat pas na de oorlog Thelma Vlas 85

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Levend Verleden - Den Helder | 2006 | | pagina 7