de vorming van een multicultureel
centrum, gewerkt aan een
vernieuwde gemeentebegroting,
en waren zij betrokken bij de
uitvoering of invoering van nieuwe
wet- en regelgeving. Opmerkelijk
was wel dat enkele door de
raad aangenomen voorstellen
verdwenen, zonder een spoor na
te laten. Een voorbeeld daarvan
is de opdracht aan B&W om te
zorgen voor een multicultureel
centrum, of om de problemen
met een deel van de Antilliaanse
bevolkingsgroep op te lossen. Heel
bijzonder was het beschikbaar
stellen van geld voor de overtocht
van een oude torpedobootjager. De
boot lag in San Fransisco en zou
naar Den Helder komen. Er is nooit
meer iets van vernomen!
Toch waren er ook successen. Dank
zij een geweldige ambtelijke in
spanning, waaronder het personeel
van de brandweer, beschikten alle
openbare gelegenheden die daartoe
verplicht waren, over een zoge
naamde gebruiksvergunning. Een
voudig samengevat, zij voldeden
aan de veiligheidsvoorschriften.
Ook de ontwikkeling van de
Helderse haven tot offshore center
was een positieve ontwikkeling.
Het project bij uitstek was toch wel
de vernieuwing van het Stadshart.
De plannen voor het Stadshart
trokken vanaf maart 2003 volle
zalen. Op ondubbelzinnige wijze
bleek de nauwe betrokkenheid van
de inwoners en maatschappelijke
organisaties bij de toekomst van
hun stad.
De visie van Stefan Gall, de
ingehuurde stadsarchitect, maakte
heel wat tongen los: moest er nu
wel of niet gekozen worden voor
hoogbouw, moesten er eigenlijk zo
nodig flatgebouwen verrijzen aan
de dijk of moest deze "ongerept"
blijven en moest er nu zo nodig een
gracht in de Beatrixstraat?
Het uitwerken van ideeën, het
presenteren van visies en geven
van inspraak, dat alles moest
in september leiden tot een
structuurplan voor het Stadshart.
Gelijktijdig met de eerste plannen
vestigde het gemeentebestuur
het voorkeursrecht bij verkoop
van panden in een groot deel van
de binnenstad door gebruik te
maken van de Wet voorkeursrecht
gemeenten. Links en rechts
werden panden door de gemeente
en Woningstichting Den Helder
opgekocht, dikwijls tegen prijzen
die menig makelaar versteld
deden staan. Het gereserveerde
geld voor de bouw van een nieuw
stadhuis in de binnenstad was
de gemeentelijke inzet, plus
aanvullende budgetten. Dit geld
zou bij de ontwikkeling weer
vrijvallen. Tenminste, dat is de
aanname. Het zal nog vele jaren
duren voordat duidelijk wordt of
"de derde open hartoperatie" van
Den Helder een succes is geworden.
Voorlopig kenmerkte vooral de
sloop van de aangekochte panden
het stadsbeeld. De roep om "palen
in de grond" leek te verstommen.
Hoewel, bij de rotonde "De
Vijfsprong" ontstonden prachtige
kantoorgebouwen en een
appartementencomplex, ook
door forse investeringen van
particulieren. De toekomst van
de watertoren zweefde een
tijdlang tussen sloop en volledige
restauratie. Voor het laatste werd
gelukkig gekozen. De restauratie
van de watertoren moest vooral de
keer ten goede uitdrukken. Voor
de zomer van 2005 stond hij daar,
in volle glorie! Het kroonjuweel
van Den Helder. Toch gebeurde het
weer: door halfbakken afspraken
met de aannemer legde deze een
claim van honderdduizenden
euro's neer bij de gemeente, zijnde
de kosten van meerwerk. Tot
overmaat van ramp ging ook nog
eens de graffiti-spuit op de toren. In
deze bestuursperiode was er geen
lach zonder traan en, gelukkig, ook
het omgekeerde.
In het verlengde van deze mini-
tragedie ligt het lot van het oude
stadhuis. Op 22 januari 2005 werd
de instandhouding van de toch al
schaarse Helderse monumenten
zwaar op de proef gesteld door
de brandstichting in dit uit 1851
stammend gebouw. De Helderse
ondernemer Huib Broeke zag er
uiteindelijk wel brood in. Hij nam
het pand over en voorkwam zo dat
het gebouw totaal in verval zou
raken.
De afloop van deze
bestuursperiode, de afhechting van
ingrijpende beleidsontwikkelingen,
blijft onduidelijk. Na de
gokkastenaffaire en de
bestuurscrisis in 2003 volgde 2004
met het rapport van Professor
Tops en de meer dan ongelukkige
opening van Cape Holland.
Gedurende 2005 wierp de uitkomst
van het onderzoek door het
Openbaar Ministerie zijn schaduw
al vooruit. Weer pakken zich
donkere wolken samen boven het
hoofd van dit rampzalig college
Duidelijk wordt ook dat het op
Cape Holland niet marcheerde,
zoals was verondersteld. Terwijl
het Openbaar Ministerie nog druk
doende was met het onderzoek,
en in toenemende mate de
gedachte post vatte dat er sprake
was van een onbehoorlijke
rechtsgang, vond een interne
botsing plaats. Libéma en de Raad
van Commissarissen konden niet
meer door één deur. De laatsten,
inclusief wethouder Bais als
president-commissaris, traden af.
Het college van B&W wilde wel
doorgaan met Libéma. De volgende
samenwerkingsovereenkomst lag in
concept gereed voor ondertekening.
De fractievoorzitters hadden
echter gevraagd om grote
terughoudendheid in deze fase.
Zij wilden een allesomvattende
behandeling van wat al heet de
Cape Holland-affaire. Dit betekende
een gelijktijdige behandeling
van de justitiële, de politiek-
bestuurlijke en de rechtspositionele
feiten en bevindingen door de
68