De Zouaaf, strijder voor paus en God. Misschien zijn er onder de lezers nog personen die niet weten wat Zouaven zijn. Een Zouaaf was een soldaat uit het pauselijke leger uit de periode van 1860 tot 1870. Om meer te begrijpen van de geschiedenis der Zouaven maken we een fikse duik terug de geschie denis in. De pauselijke staat Het bestaan van een wereldlijke staat waar de paus heerser van was dateert van 754. Pepijn de Korte had diverse gebieden, in het midden van wat nu Italië is, veroverd op de Longobarden en ze vervolgens geschonken aan de toenmalige paus. De tegenprestatie, de macht van de paus om het keizerschap te verlenen berustte, naar achteraf is gebleken, op een in de achtste eeuw vervalst document de Donatio Constantina uit 325. De paus had sindsdien naast geestelijke ook wereldlijke macht. Het congres van Wenen (1815) dat de nieuwe verhoudingen in Europa moest vaststellen na de Napoleontische oorlogen, bevestigde de verdeling van Italië in diverse staatjes. Een daarvan was de Kerkelijke staat, het Patrimonium Petri. Die omvatte toen het hele centrale deel van Italië van Rome tot de Adriatische Zee. Rond 1850 ontstond er een beweging die streefde naar het tot stand komen van een verenigd Italië. Grote voorvechters van deze beweging waren Guisseppe Garibaldi en koning Victor Emanuel II van het koninkrijkje Piëmont. De in 1846 tot Paus Pius IX gekroonde kerkvorst prakkiseerde er echter niet over om ook maar een stukje van zijn land af te staan. Hij kon rekenen op militaire steun van de Franse keizer Napoleon III. Paus Pius IX besefte dat ondanks de toegezegde militaire steun van de Franse keizer dit onvoldoende was om de kerkelijke staat te verdedigen. Hij kreeg het gelijk aan zijn zijde, want in 1860 werd het meest noordelijke deel van het pauselijk gebied door koning Victor Emanuel II ingelijfd en bedreigden de nationalistische troepen het middendeel, de Marken en Umbrië. In datzelfde jaar deed Paus Pius IX een oproep aan de katholieke jongeren in de wereld om hem militair te helpen door dienst te nemen in zijn leger. In 1867 schreven de fraters van Tilburg hierover in hun kronieken: "Er was een smartekreet vernomen, uitgaande van het Vaticaan, waar een weerloos grijzaard het moest Napoleon III steunt in 1859 koning Victor Emmanuel van Sardinië, die zijn been al in 'de laars' wringt met behulp van Caribaldi. aanzien, hoe een naburige koning, voortgestuwd door de Revolutie en de geheime Genootschappen, de roovershand uitstak naar het erfgoed van St. Petrus en een voor een de provinciën, aan den H. Stoel toebehoorende, overweldigde". Pauselijke leger In eerste instantie waren het vooral Fransen en Belgen die naar Italië vertrokken. Al in 1860 speelden zij een rol in de slag bij Castelfidaro waar een 'eervolle' nederlaag werd geleden. Generaal Lamorcière kreeg vervolgens de leiding over het pauselijke leger en zorgde voor een betere organisatie van de zogeheten tirailleurs Franco-beiges. Hieruit ontstond het korps Zouaven dat op 1 januari 1861 onder leiding van de Zwitserse kapitein Allet werd geformeerd. Zouaaf Het woord Zouaaf komt via het Franse zouave, oorspronkelijk zuavas van het Arabische zouaoua, dat de naam is van een stam van de Kabylen, een Berbervolk in Algerije. Ze wonen in het bergland tussen Algiers en Constantine. Ze namen de islam over van de Arabische veroveraars. Zouaven waren Kabylse soldaten die de lijfwacht vormden van de Berbervorsten. Toen deze soldaten in 1830 in Franse dienst werden genomen, ontstond daardoor het Franse korps der Zouaven. Geleidelijk werd het korps aangevuld met steeds meer Fransen tot het uiteindelijk uit uitsluitend Fransen bestond, die de oorspronkelijke schilderachtige klederdracht van de Berbers 31

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Levend Verleden - Den Helder | 2005 | | pagina 33