igen
altijd
ien
is
age
er
n
i en
nteelt.
p en
veg
En
ectare
ns
n de
jaren
idelijk
in
n
nt
et vee
tjes
vervangen door de nog goedkopere
elektrische gemaaltjes. Maar ook
door de bouw van woonwijken als
Nieuw Den Helder, de Schooten
en Drooghe Weert bleef er geen
watermolentje staan, overbodig
geworden werden zij gesloopt.
Herinnering
In de voormalige polder, nabij
de Linie aan de westzijde
van de Middenweg, stonden
twee watermolentjes die veel
Nieuwediepers nog hebben zien
malen. Zij stonden net buiten en
net binnen de Linie. Het molentje
dat buiten de Linie stond maalde
nog tot in de jaren 1960 het
water. Volgens het Gemeente
Jaarverslag 1915 stond er ook een
watermolentje ten behoeve van de
gemeentereiniging op een weiland
in het Brakkeveld (nu Tuindorp).
Deze werd als winstgevend
omschreven; het bijzondere is dat
het molentje bij droog weer het land
van water voorzag en dat het de
groei van het grasgewas bevorderde
dat als voer werd gebruikt voor de
paarden van de gemeentereiniging.
Het is allemaal weg, net als de
watermolentjes die moesten
wijken voor de aanleg van het
bijna 70 ha grote bedrijventerrein
het Kooypunt. Ondanks de
historische vernoemingen
van de doorgangswegen
als Schrijnwerkersweg en
Touwslagersweg kon er geen plek
worden vrijgemaakt voor de laatste
historische watermolentjes die nog
niet zo lang geleden de landerijen
van hoeve Kwelderbeek bemaalden.
Niet alleen verdween het landelijke
karakter van de streek, maar
tevens de weinige nog aanwezige
watermolentjes. Het behoud van
de Helderse historie lijkt door zo'n
beslissing weer verder weg dan ooit.
Nog slechts drie watermolentjes
Zo'n zeventig jaar geleden stonden
er in het gebied dat we nu kennen
als Nieuw Den Helder ten oosten
van de Jan Verfailleweg, tien
watermolentjes. En in het gebied,
tussen de Zanddijk, Doggersvaart,
Nieuweweg en Middenvliet stonden
er ook minstens tien. In totaal
stonden er tussen de Helderse
Linie en de Callantsogervaart zeker
zo'n zestig molentjes. Nu draaien
er nog slechts drie in het Koegras,
en alle drie voor de bollenteelt.
Zo staat er één midden in het
gebied tussen de Zanddijk en de
Doggersvaart nabij het inmiddels
verlaten Marine Hoofdkwartier,
eigendom van G. Jimmink van de
Middenvliet. De tweede molen is
van de gebr. Thomas achter in het
land van hun bedrijf Langevliet
18. De derde bevindt zich langs de
spoorbaan, nabij de Koegrastunnel.
Alle molentjes functioneren nog en
worden onderhouden.
Uitvinder van het principe
windwatermolens was Heer
Floris van Alkemade. In
zijn werk: "Nederland als
polderland", (1932) schrijft dr.
A.A. Beekman: "Intussen waren
in het begin der 15e eeuw de
windwatermolens uitgevonden,
of althans hier te lande voor
het eerst toegepast. Wij lezen
namelijk dat in 1408 Heemraden
van Delfland naar Alkmaar
zijn gereisd om den molen te
gaan zien, waarmee Floris van
Alkemade en Jan Grietensoon
water hadden uitgeworpen. Nog
voor het einde dier eeuw werden
watermolens gesticht te Schoorl
en Drechterland; in Schieland
werd de eerste opgericht in 1434,
in Delfland waren er in 1440, in
't land van Arckel in 1456 enz.
De weidemolens kwamen voor
in Noord- en Zuid-Holland, maar
alleen in Noord-Holland zijn
enkele exemplaren behouden
gebleven. Waaronder op Texel
en in Callantsoog in het weiland
tegenover natuurgebied het
Zwanenwater.
Bronnen
Gemeentearchief Den Helder,
gemeente jaarverslagen
Archief Helderse Courant, diverse
jaargangen
Nederland als polderland, door A.A.
Beekman (1932)
Het Koegras, door J. Belonje (1974)
De Helderse Molenstichting "De
Onderneming" heeft als één van
haar doelstellingen het behouden
en restaureren van de nog
bestaande watermolentjes in Den
Helder.
Zie voor informatie op het internet
www.heldersemolens.nl Via deze
site wordt allerlei informatie
aangeboden over de stichting, de
molens die in Den Helder hebben
gestaan en natuurlijk de stand van
zaken rond het herbouwproject
van de houtzaagmolen De
Onderneming op het Molenplein.
Rens Schendelaar