Kzs^^ ^L
^r
/£^7 -^Ti 1,
^pjZ^Ï^^? Z^Z s*j t~*'
Hellevoetsluis dacht dat het schip in
IJmuiden lag. En de minister dacht
helemaal niets, 'want fiy had geen
berigt ontvangen van het vertrek uit
IJmuiden'.
En zo bleef het vergaan van de
'Adder' en het omkomen van zeven
officieren en 56 onderofficieren
en minderen, een loods en een
'opvarende', op een zomeravond
in het jaar 1882, slechts één mijl
voor de kust onopgemerkt. Pas toen
er lijken aanspoelden trok men er
van alle kanten op uit. Vele lijken
werden drijvende gevonden en door
die vaartuigen binnengebragt. Zoals
te voorzien was, is geen levend wezen
meer gered kunnen worden. Drie en
veertig lijken zijn aangespoeld en
allen herkend, twee en twintig blijven
ontbreken.' Aldus het rapport.
Het marineblad 'Alle Hens' voegt
eraan toe: 'Zoals men wel vaker
hoort bij dergelijke rampen ging
ook deze gepaard met treffende
bijzonderheden. De officier van
administratie J. Kluit, wiens
bagage reeds aan boord was
gebracht, werd op het laatste
moment ziek en vervangen door
een ranggenoot W.F. Klompé,
wiens lijk op 20 juli te Den Helder
werd binnengehaald. De officier
van gezondheid A. Lokvers en
vier leerling-machinisten ie klasse
deden hun eerste (en laatste) reis
aan boord van een oorlogsschip.
Een burger hofmeester maakte
de reis naar Hellevoetsluis mee
om zich daar als hofmeester
bij de krijgsmacht te verbinden
- hij is nooit aangekomen.' En
dan natuurlijk de tien al eerder
genoemde 'verlofgangers' die op
wonderbaarlijke wijze aan de dood
ontsnapten!
gemeenschappelijk graf te
Huisduinen
Een groot deel (28) van de
geborgen marinemensen
120