97
').l? zand
Bij de verkoop van de Nieuwianderpoider in 1599 heeft Cerrit Dirksz Langendijck de
grondprijzen als indicatie in stuivers per roede (0,14 ha 100 roede) in de percelen geplaatst.
Vergelijking van de prijzen laat zien dat vanuit het noorden zand over de polder gelopen is.
a. en c. Nieuwlanderdijkgelegd in 1505 (c. ook Sluisdijk, Ringdijk, Schapendijk of Oostdijk)
b. Koogdijk
d. Heiligharn, nu ter hoogte van de RK begraafplaats
e. Zuiderhorn, nu ter hoogte van de Brakkeveldweg - Fort Dirksz Admiraal
B is nu de Geleerdenbuurt met
een groot deel van Tuindorp en
het aangrenzende gedeelte van de
Indische buurt tot aan de Javastraat.
De beste kleigronden van de polder
lagen in dit vak. Het land was van
schout Dirk Comelis Vroulandt, de
medebelanghebbenden van dit stuk
poldergrond waren Jan Jansz Rijcx,
Thonis Ariansz, Arian Albertsz, Jacob
Willemsz en Willem Dirksz Cuil.
C is nu de Van Galenbuurt met de
Indische buurt ten noorden van de
Javastraat en het grootste gedeelte
van Oud Den Helder. De kavels
behoorden aan de grondbezitters:
Jan IJpes, Kees Oom, Claas
Cornelisz Croon, schout Dirk
Cornelis Vroulandt, Claes Dirck
Arentsz, Gerrit Jansz van Torp,
Thonis Jacobsz, Claes Jansz van de
Helder, Floris Lourisz, Pieter Jansz
Ruijgh, Jacob Willemsz, Adrian
Maertsz en Cornelis Jacobsz Nijps.
De eerste bewoners
Er zijn voor het jaar 1598 gegevens
over het bezit van vee in de Nieuw
ianderpoider.
De polder was in dat jaar verhuurd
aan 63 pachters, waarvan er 7
schapen hielden op de polderdijken.
In totaal waren er 20 pachters
met vee en leefden er 43 van de
landbouw of van de verhuur van
hun grond voor het houden van
schapen. Slechts 3 boeren in
de Nieuwianderpoider bezaten
meerdere soorten vee en hadden
ook de grootste aantallen schapen:
1. 60 schapen, 2 paarden, 6 koeien
2. 40 schapen, 2 paarden, 2 koeien
3. 38 schapen, 2 paarden
Ook is bekend dat in de i7e eeuw
achter de duintjes aan het Marsdiep
(nu Hoofdgracht) een huis met
de naam de Nobele Zwaan stond
en de herberg van Pieter Rensz.
Kuyte. Op deze hoogte lag ook de
Oude schans, bestemd voor de
verdediging van het Marsdiep tegen
vijandelijke schepen; nabij deze
schans stond de bergplaats voor
de zeebetonning. Later werd dit
gebied het Groeneland genoemd
en in 1774 noemden de landmeters
Harge en Den Berger deze gronden
het Buitenland. De hervormde kerk
(de staatskerk) bezat ook land in
de Nieuwianderpoider. Het werd
verhuurd door de kerkmeesters,
de opbrengsten waren voor de
diaconie en de armen. In oude
akten staat geschreven dat: "Voor de
kerke, presenteren kerkmeesteren
op den lande van Huijsduinen
en de Helder te verhuren, voor
diaconie en armen van de kerk
van 1803 tot 1806 Breewater, een
stuk Nieuwland al hier gelegen aan
Hendrik Breederoode". In 1812
werd er bij de "Tuijn wallen een
stuk Nieuwland" aan Reijer Hartog,
verhuurd. Verder vermelden akten
van het dorpsbestuur in 1804 de
aanbesteding van een brug: "Op de
Vijfsprong waar vanouds de stenen
sluijs gelegen heeft", hiermee wordt
vermoedelijk een brug over een
van de afwateringssloten bedoeld,
tevens blijkt hieruit dat er op de
Vijfsprong een sluis heeft gelegen.
Voordat de huidige binnenstad