Het land van Den Helder 500 jaar geleden bedijkt 96 Het is dit jaar vijfhonderd jaar geleden dat het land van de Nieuwlanderpolder werd bedijkt waarop in de loop der eeuwen de stad Den Helder is gebouwd. Voor de drooglegging was het een waddengebied met ondiepten en eilandjes die begroeid waren met kwelderplanten. Het land is ont staan door de getijwerking van de Zuiderzee waarbij op oude veen lagen een vruchtbare laag werd afgezet. Na de bedijking en de ont- zilting kwamen de eerste pachters, boeren uit de Marsdiepdorpen die er hun schapen lieten grazen. Tot omstreeks het jaar 1500 lag het buurtje de Helder ongeveer een kilometer noordelijk zeewaarts van Kaaphoofd. Het tegenwoordige Den Helder is namelijk niet de eerste plaats met deze naam. Daarbij lag het toenmalige dorp Huisduinen zo'n anderhalve kilometer westelijk zeewaarts 1450 3 1 van de Huisduiner vuurtoren. Huisduinen ging verloren door de verandering van de zeestroming in de periode tussen 1300 en 1450. Door deze verandering werd het Marsdiep breder met als gevolg dat ook de Helder door het water is overstroomd. Het krachtige zeewater vernietigde niet alleen de beide kustdorpen. Het liet tijdens de vloedstroom ook de oevers van het Nieuwediep overstromen zodat het hoge waterpeil een bedreiging vormde voor het achterland. Bescherming door bedijking was noodzakelijk en het nieuw gewonnen land werd De Nieuwlanderpolder genoemd. De bedijking van dit gebied vond plaats door de aanleg van de Nieuwlanderdijk, ook wel genoemd Sluisdijk, Ringdijk, Schapendijk of Oostdijk. Deze dijk liep (in de huidige situatie) vanaf de RK begraafplaats via het complex van zwembad de Schots, langs de Brakkeveldweg en Sluisdijkstraat richting het Marinemuseum. De Nieuwlanderpolder werd ingedijkt in opdracht van graaf Jan van Egmond. Hij liet Zeeuwse arbeiders overkomen die ervaren waren in het bedijken. Het inpolderen gebeurde met spade, kruiwagens en paard en wagen. In die periode bestond de kustverdediging uit wierdijken. Dat waren versterkte dijken met wierzoden en vette klei en de wortels van het wier. De naam Wierhoofd nabij de Teso-haven herinnert ons nog aan zo'n dijk. Gerrit Dirksz Langendijck karteerde de Nieuwlanderpolder in 1599, vermoedelijk wegens een nieuwe verkaveling. Hij tekende ook een Vijfsprong op zijn kaart. Dit was toen niet meer dan een kruising waar vijf landwegen met afwateringssloten samenkwamen. Maar Langendijck heeft nooit kunnen vermoeden dat juist op deze plek het stadscentrum van Den Helder zou komen. Op zijn kaart uit 1599 zijn de polderkavels verdeeld in de vakken A, B en C. A) is nu het gebied boven de Polderweg en de Boerhaavestraat, het centrum met het Sluisdijkplan. Het noordoostelijk gedeelte bestond waarschijnlijk uit woeste gronden en uit duintjes; dat waren vermoedelijk domeingronden. Eigenaren van de kavels waren: Gerrit Jansz van Torp, Marten Bokes, Jan Willemsz, Claes Cornelisz Croon, Claes Dirck Arents en schout Dirk Cornelis Vroulandt (van 1580 tot 1600 schout van Huisduinen en de Helder en gehuwd met Grietje, een dochter van Hendrik van Marcken, opperkapitein en lid van de raad van Amsterdam). 1. Noordduin 2. Vogelrand 3. Getijstroom uit het Spanjaardsgat en omgekeerd schuurt onder de noordwal. 4. Triendiep 5. Inbraak, de kleigronden worden met zand 'overlopen'. huidige kustlijn en dijk Nieuwlander polder voorgaande situaties De noordwal van het eiland Huisduinen en het ontstaan van het Nieuwediep (tekening H. Schoor!)

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Levend Verleden - Den Helder | 2005 | | pagina 10