Kaart van Den Helder en het Koegras met binnenduinen in 1872. gravingen bevindt deze locatie zich nu oostelijk van het gebied midden in het bollenland. Een brand ver woestte de oude hoeve, de huidige boerderij met kapberg werd in 1896 gebouwd. Met het verdwijnen van het grootste deel van de Garst verdwenen ook eeuwenoude weide gebieden met veldnamen als: Grote weid, de Lage Hoek, de Hoge rug en 't Spui. De Nollen Een ander belangrijk gebied dat de wordingsgeschiedenis van het land ten zuiden van Den Hel der heeft bepaald zijn de Nollen (vroeger de Schooten genoemd). Net als de Garst was ook dit bin- nenduingebied vroeger buitendijks land dat blootstond aan de invloed van de zee. Pas na de aanleg van de Van Oldenbarneveltsdijk (de Zanddijk) in 1610 en de aanleg van de Koegrasserzeedijk oostelijk naast het Noord Hollandskanaal in 1824 bleef het gebied droog. De Schooten en de Garst zijn beide in bezit geweest van Isaac Le Maire, een groot koopman die in het Amsterdamse handelscentrum van omstreeks 1600 een belangrijke rol had. Hij heeft de vroege Indische handel gestimuleerd, was medeop richter van de Verenigde Amster damse Compagnie en weer later van de Verenigde Oost Indische Compagnie en van de Australische Compagnie. Hij kocht de gronden ten zuiden van Den Helder van de Graaf van Egmond omdat hij daar (na inpoldering) een gunstig beleg gingsobject in zag. Na zijn dood kwam het gebied in handen van de Erven Le Maire. In 1789 werd het verkocht aan de Gecommitteerde Raden (Gedeputeerde Staten). In 1849 kocht Mr. Pieter Loopuyt de gronden en goederen van Het Koe gras, inclusief de Schooten en de Garst. Hij liet het beheer over aan zijn schoonzoon Jhr. Mr. Cornelis van Foreest. De gebieden waren toen in gebruik als hooi- en gras land voor vee. De naam de Schoo ten is ontleend aan de boerenhoeve die daar honderden jaren heeft gestaan en al op een kaart uit 1640 van cartograaf Dirck Langedijck voorkomt. De boerderij lag op een verhoging tussen duintjes, gorzen, zwinnen en kreken. Een van de oudst bekende pachters was Eijmert Claasz Spierdijk die daar samen met zijn vrouw Neeltie Albers in de periode ca. 1700 -1726 woonde. De plaats de Schooten werd in die tijd omschreven als een boerderij op hoger gelegen nollen met een stuk binnenland en wateringen, in het zuiden begrensd door het Grote Zwin en het Schaaphokkerszwin, in het noorden door het Grote Brug zwin dat dicht onder de Sluisdijk in het Nieuwediep uitmondde en gemarkeerd werd door rooipalen. Op 2 februari 1956 werd de monu mentale hoeve de Schooten door brand verwoest. Twee jaar later werd op de zelfde hoge plek, op de restanten van de uitlopers van de nollen, een nieuwe boerderij neergezet, sinds 1968 in gebruik als wijkcentrum boerderij de Schoo ten. De toegang vanaf de G.M. van Waardenburglaan via een stenen trap verraadt de verhogingen van de vroegere nollen waar het perceel op gebouwd is. 24

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Levend Verleden - Den Helder | 2004 | | pagina 26