Over de herkomst van enkele straatnamen Hoe het kwam weet ik eigenlijk niet, maar in mijn jongensjaren heb ik nooit een boek van de Duit ser Karl May gelezen. Trouwens, daarna ook niet. Maar m'n vriend jes vertelden verhalen over bleekge- zichten en roodhuiden, over India nen-opperhoofden zoals Old Shat- terhand, over scalpen, wigwams en rooksignalen en natuurlijk over de conflicten van de blanke, Europese immigranten met de Indianen als gevolg van hun niet aflatende land- veroveringen. Karl May beschreef die gebeurtenissen alsof hij er zelf bij was geweest. Mijn lectuur be stond uit gelijksoortige verhalen, maar dan gesitueerd in Zuid-Afri ka. De auteur A. Penning schreef een serie boeken over vergelijkbare moeilijkheden, maar dan van de - Nederlandse - boeren tijdens hun permanente expansie in het nieuwe land. De oorspronkelijke bewoners, zoals Zoeloes en Hottentotten, lie ten zich niet zomaar verdrijven en vaak moesten de boeren zich ver weren tegen de wanhopige aanval len van de inboorlingen. Penning beschreef die voorvallen in zijn boeken, met titels als 'De Held van Spionkop' en 'De Leeuw van Mod derspruit', op zo'n levendige wijze, dat ik ze met rode oortjes zat te le zen. Toen de boeren eenmaal grote de len van de Kaapkolonie in een vreedzaam land hadden veranderd, vonden de Engelsen het tijd wor den om de zaak 'over te nemen'. De oorlog die daarvan het gevolg was duurde van 1899 tot 1902.1 De overmacht van de Engelsen - door de boeren 'rooineks' genoemd, van wege de rode kragen op hun uni form - leidde tot de overgave van de boeren. De Boerenoorlog werd in ons land met intense belangstel ling en medeleven gevolgd. Geen wonder natuurlijk, want er beston den nog nauwe banden met verre familieleden en bovendien waren het 'taalverwanten'. Onze jonge ko ningin Wilhelmina verrichtte een algemeen als moedig geprezen daad door boerenleider Paul Kruger (president van 1883-1900) door de kruiser 'Gelderland' naar veiliger oorden te laten overbrengen. Dat medeleven met de aan ons verwan te natie kwam in die tijd onder an dere tot uitdrukking in de naamge ving van straten. In veel steden werden straten, die tegen het einde van de i9e en begin 20e eeuw wer den aangelegd, vernoemd naar de voormannen van de boeren, die vaak de titel 'helden' verdienden. Zo heeft Den Haag zijn Transvaal- buurt met de Paul Krugerlaan en naar andere boeren vernoemde straten. Er zijn ook steden die het doen met bijvoorbeeld F.W. Reitz- laan, Pieter Retiefstraat, of met na men van plaatsen als Bloemfontein. Ook onze stad heeft zich in dat op zicht niet aan die eerbewijzen ont trokken. De volgende boerenleiders zijn in de wijk 'achter het spoor aan de vergetelheid ontrukt: S. J. P(aul) Kruger, Louis Botha, Christiaan de Wet, P.A. Cronjé, J.H. de la Rey, en P.J. Joubert. Het zijn van die dingen in ons le ven, waaraan wij achteloos voorbij gaan. Met name onze jongere le zers zullen hier waarschijnlijk nooit bij hebben stilgestaan. Theo Verbeij, Voorschoten Noot: 1 Eigenlijk was dit de tweede Boe renoorlog. Al in 1877 werd Trans vaal door de Engelsen geannexeerd, maar het lukte de Transvalers zich in de eerste Boerenoorlog (1880- 1881) weer vrij te vechten. De kaart van Christiaan de De Wetstraat omstreeks 1921 102 de V/etstraal Pon Heldor

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Levend Verleden - Den Helder | 2004 | | pagina 20