1
tingonderzoek uit 1514 is sprake
van '"t inbreeck van den dijcke om
trent vijf jaeren geleden". Waar
schijnlijk zijn toen het dorp en de
kerk in het zuiden verloren gegaan
en heeft de bewoning zich gecon
centreerd in het noorden rond de
tot kerk uitgebreide kapel. Op de
kaart van Chr. Sgroten (1573) staat
dit dorp (ten westen van het tegen
woordige Groote Keeten) aangege
ven als Abbestede.
De naam Zijpe staat hier voor de
doorbraakgeul van de strandwal,
waardoor het Zijpe-bekken in ver
binding staat met de Noordzee.
Tussen S. Marten (Sint Maarten)
en de Keyns zijn de gevolgen te
zien van een dijkdoorbraak van de
West-Friese zeedijk in 1248. Vol
gens de annalen van de abdij te Eg-
mond bezweek bij deze zeer zware
novemberstorm o.a. de dijk bij
Schagen. Aanvankelijk werd een
landinwaartse boogvormige bin
nendijk gelegd. Pas in 1546-1561
werd de omringdijk hersteld, zodat
ter plaatse een nieuwe polder ont
stond, de Burghornpolder.
Atlas van Ortelius
De kaart van Van Deventer is door
diverse kartografen bewerkt en ver
beterd. De eerste die dit deed was
Sebastian Münster. Een sterk gege
neraliseerd Holland en Friesland
nam hij als "Jacobus Daventriensis
Phrisia" op in zijn Cosmographia,
gedrukt te Basel in 1550. Ook in Ve
netië en Rome zijn in de jaren vijf
tig en zestig van de 16e eeuw enkele
uitgaven gedrukt met kaarten geba
seerd op Van Deventer. In Holland
is een verbeterde kaart van Van
Deventer uitgegeven door Gerard de
Jode (1565). Het bekendst is echter
de beroemde atlas van de Antwerp
se kartograaf Abraham Ortelius
(i527-'g8) getiteld 'Theatrum Orbis
Terrarum' uit 1570. De in deze atlas
opgenomen kaart van westelijk Ne
derland ("Frisiae Occidentalis")
wordt toegeschreven aan Jacob a
Daventria (afbeelding 4), maar het
afbeelding 4
kaartbeeld van het noordelijk deel
lijkt verdacht veel op de kaart van
Christiaan Sgrooten uit 1573 (zie af
levering 2). Ortelius, geleerde én
koopman, had vooral oog voor de
commerciële kant van de kartogra-
fie. Dit ging soms ten koste van de
kwaliteit, de kaarten werden niet al
tijd even nauwkeurig verkleind.
Een en ander nam niet weg dat de
atlas een groot commercieel succes
was. Tussen 1570 en 1612 volgden
meer dan dertig herdrukken. Op de
kaart is de inmiddels bedijkte en
verkavelde Zijpe ingetekend, maar
zijn nog geen nederzettingen aan
gegeven. Bij de Hondsbossche zijn
een tiental hoofden (strekdammen)
getekend. Op Callantsoog zijn twee
dorpen aangegeven (Abbestee en 't
Oge), tussen Callantsoog en Huis
duinen drie zeegaten (Heersdiep,
Buysegat, Scoutegat), 't Oogduin
staat abusievelijk niet ten zuidoos
ten, maar ten oosten van Huisdui
nen aangegeven, iets ten westen
van Torp. Op 't eiland Huisduinen
is Die Helder Buyrt, ontstaan om
streeks 1500, nog niet aangegeven,
wel de bakens in 't Noordduin aan
het Marsdiep. Ook de term Tuse-
lant (het land tussen de Noord- en
de Zuidduinen) staat vermeld. De
dijkjes in dat Tussenland (Oude
land, Koog en Nieuwland) zijn aan
gegeven door enige nauwelijks
waarneembare lijntjes. Ten westen
van Texel/Huisduinen staat een
zandig eiland in zee afgebeeld: Die
Hake, maar de langwerpige vorm
heeft weinig weg van een haak.
kustverkenningen
In het stuurliedenboek van Jan Ja-
cobsz. van Amsterdam uit 1540, ge
titeld "Dit is de kaerte van dye
Suydzee (Zuiderzee) tot dat
Marsdiep toe, om met die schepen
uut of in te zeylen van Amstelre-
dam te zeewaert", staan behalve de
bakens op het Noordduin aan het
23