De kop in kaart (1)
De kaarten van Jacob van
Deventer (1542)
De oudste regionale karteringen
in de Lage Landen zijn gemaakt in
het begin van de 16e eeuw. En niet
alleen in de Lage Landen. Allerwe
gen in Europa werd de landmeet
kunde steeds meer toegepast bij
allerlei problemen van bestuurlijke
of juridische aard. En dankzij de
drukkunst konden niet alleen kro
nieken en landbeschrijvingen,
maar ook kaarten steeds gemak
kelijker worden verspreid.
Noord-Holland werd al in het jaar
1508 topografisch verkend. De
landmeter Machiel Bartsz., de
Haarlemse schilder Pieter Ger-
ritsz. en ene Claes Wollewijn heb
ben in januari en februari 1508
vanuit Santpoort Hollands Noor
derkwartier afgelopen "noertwaerts
gaende tot die Zijpe; ende hebben
voort(s) geschilt getekend) ende
ontworpen die weghen ende water-
scuttingen waterkeringen, dij
ken)
De kaart in kwestie is opgestuurd
naar de Groote Raad te Mechelen
en helaas niet teruggevonden.
Maar we weten wel dat de kaart is
gebruikt i.v.m. de vaststelling van
dijklasten voor de Hondsbossche
Zeewering. De oudste bewaard ge
bleven kaart (in het Algemeen
Rijksarchief te 's-Gravenhage), ge
signeerd door de Amsterdamse
schilder en kartograaf Willem
Hendricxz. Croock, is mogelijk ge
baseerd op de kaart van Pieter Ger-
ritsz. c.s. Opvallend is nl. de zware
dikke lijn waarmee de West-Friese
omringdijk is aangegeven. Dat
doet eraan denken dat de kaart
diende bij kwesties over dijkonder-
houdsplicht. 1) Helaas staat het ui
terste noorden op deze oudste be
waard gebleven kaart niet aangege
ven, wel de situatie bij de Honds
bossche (afbeelding 1).
Een tweede kaart, waarop een iets
groter gebied wordt afgebeeld, ge
dateerd ca 1530 wordt eveneens toe
geschreven aan Croock. De uitbrei
ding van het aantal 'hoofden' bij
Petten (van vijf naar zeven) wijst op
een wat latere datum dan 1529 (af
beelding 2). In de periode 1529 tot
1548 zijn er nl. in totaal 22 hoofden
op een onderlinge afstand van hon
derd meter aangebracht. 2)
De beide kaarten geven het beeld
afbeelding 2
ajbeelding 1
21