ijd
an-
jke
lip)
ïsto-
veer
van
ij de
het
d op
De Pyrotechnische
Werkplaats.
slag van buskruit en springmidde
len. Ook werden er nog op de alou
de wijze vuurpijlen "geslagen" en
zunders, blusstangen, blauwlich-
ten, vuurpijlen met knalsignaal,
redding- en torpedolichtjes, enz. ge
maakt. En kenmerk van de P.W. is
de volkomen rust waarmee alles ge
schiedt. De stelselmatige langzaam
heid en zekerheid gevende bedacht
zaamheid, doen de bezoeker aan
vankelijk de indruk krijgen, dat het
er maar sloom toegaat. De eis dat er
geen fout gemaakt mag worden is
de reden en erkend moet worden,
dat door de jaren heen er geen fou
ten zijn gemaakt blijkens het feit
dat er nimmer een ongeval is voor
gekomen dat aan verkeerd werken
bij de P.W. was te wijten. Dit tot lof
van de opvolgende luitenants ter
zee, die, wat wij noemden, als "ko-
gelboer" optraden, maar vooral aan
de baas van de P.W., toen Van
Kampen, (die Boendermaker meer
een man van de "oude stijl" had op
gevolgd). Sedert i januari 1936 was
de luitenant ter zee ie klasse F. van
den Blink hoofd P.W., die na on
derbreking in de Duitse tijd, dit in
1946 nog was. Van Kampen was
een soort selfmade geleerde in zijn
vak en had er de allure van en was
een goede leider bovendien. Hij
was zo ontwikkeld, dat hij in staat
was een herziene handleiding
Ernstvuurwerken voor te bereiden,
waarin men het oudste, dat nog be
stond, naast het allermodernste
vond. In zijn vak waren er maar en
kele vooraanstaanden, die men in
Nederland o.a. bij de Artillerie In
richting aan de Hembrug moest
zoeken. Men moest heel wat weten
van granaten, buskruit, ontste
kingsmiddelen, om met zo iemand
au pair (op voet van gelijkheid?) te
kunnen spreken. Rustig zat hij in
zijn glazen kantoor, midden in de
werkplaats; een kantoor al even net
en methodisch ingericht als zijn
hele werk. In een groot deel van de
werkplaatsen en magazijnen moest
men "magazijnsloffen" dragen wat
wel eens last gaf met prominente
bezoekers, doch wier gespijkerde
zolen vuurgevaarlijk zouden kun
nen vonken. Het hoofd van de
P.W., de luitenant ter zee, zat "bo
ven" in een modern kantoor, waar
dat van de chef-arsenaal op de werf
maar armoedig bij was. Ook hier
was de nieuwe tijd doorgedrongen:
grote diagrammen aan de wand
voor het periodiek onderhoud van
de munitie b.v. Het zou nu niet
meer voorkomen dat patronen, die
juist gesloopt waren om het bus
kruit te vernieuwen binnen te korte
tijd weer naar de werkplaats moes
ten, omdat de slaghoedjes van de
schokbuizen van de granaten ver
wisseld moesten worden enz. enz.
Men begon zich te beraden op be
zuinigingen op transportkosten en
11