langer hoe 'duurder' werd, doordat
er elk jaar een zekere percentage
bewaarkosten opkwam. De vloot
was altijd uit op het nieuwste of
meest verse. Het oudste en verou
derde bleef liggen en werd als goud
zo duur, totdat het ten verkoop we
gens 'overcompleet' werd overge
dragen aan de Domeinen. Het was
dan straks wel te zien in de opko
pers-winkeltjes in Den Helder (er
was er zelfs een vlak bij de werf).
Het publiek heeft die winkeliers
weieens verdacht van aan helerij te
doen, wanneer zij kennelijk van
marine afkomstig goed te koop aan
boden, die zij echter op openbare
verkoop kochten. Zo had men van
tijd tot tijd ook een heel pantser
schip kunnen kopen. Arsenaal ver
richtte ook keuringen bijvoorbeeld
van touwwerk; een belangrijke en
verantwoordelijke taak. Het is voor
gekomen dat een fabriek touw le
verde van een bepaalde dikte, dat
bij keuring op de trekbanlc de sterk
te bezat van de naast dunnere soort.
Bijzonder gevaarlijk, ware dit touw
goedgekeurd, want het was voor
sloeptakels bestemd. Een proef be
wees, dat de sloep naar beneden
zou zijn gevallen bij het hijsen. De
hoogbootsman, die met zijn take
laars, onder toezicht van de chef-ar
senaal, de keuring verrichtte, was
diep verontwaardigd. En het touw
werd geaccepteerd als 'slapping',
dat wil zeggen afgekeurd touw in
korte stukken. Arsenaal had ook
een 'geheime kamer', waar de com
mies Van Bommel werkte met een
marinier (een oudere man, die door
desertie zijn diensttijd had verloren
en die nu tot in zijn grijsheid die
tijd alsnog inhaalde). Daar werden
de boekwerken, waaronder de mari
nevoorschriften van uitdienstzijnde
schepen bijgehouden en ook de
dienstgeheime bescheiden als sein
boeken en dergelijke. Er werd bij de
nog te bespreken inventaris-inspec
ties nagegaan aan de hand van leg
gerexemplaren of inderdaad aan
boord het bijwerken geschied was
en of dit goed was gedaan. Geen si
necure. Die marinier heette helder
ziend; haalde een boekwerk 'waar-
wat-mee-was' er zo uit! (Het ge
heim was, dat een bijgewerkt deel
tje allerlei verdikkingen heeft en als
men alleen de blaadjes er in stopte
en niét bijwerkt, is dat op een hele
afstand al te zien). Veel bemoeienis
had arsenaal met de afgekeurde
goederen, die werden 'gestort' in
wat elke marineman noemde 'Ma
gazijn 37' en het malle is, dat er
noch in Willemsoord, of Amster
dam, of Hellevoetsluis (ik heb dat
eens gevraagd) een magazijn 37 is
geweest. Een raadsel. Zeer nuttig
magazijn, tevens werkplaats, waar
men van oud nieuw maakte en het
kannibaliseren tot een schone
kunst was verheven. Een klok werd
samengesteld uit delen van tien an
dere en stoelen met vier verschil
lende poten produceerde men daar.
De 'bewaarder', een inventief man,
waagde zich ook aan 'reconstructie'
van kleding. Maar dat ging weieens
mis: waakjassen met een korte en
een lange mouw staat niet! Wat hij
niet aan kon, ging naar de geëigen
de werkplaats, maar al-met-al wer
den duizenden guldens uitgespaard
door dat magazijn, waar arsenaal
toezicht op hield om te beoordelen
of het 'product' nog wel voor ver
strekken in aanmerking kwam.
Deze tak van de arsenaalsdienst
(die, naar ik meen, formeel onder
'scheepsbouw' viel) was zowat het
enige wat ons deed verschillen van
een groot warenhuis. Winstma
ken?; dat begrip was terug te vin
den in het werkelijk ernstig streven
naar zuinigheid en efficiënt opge
bruiken. Inderdaad werd er ook wel
'verdiend'; er werd voor andere
landsdiensten gewerkt en wij zul
len zien, dat arsenaal ook 'bijver
diensten' had, namelijk wanneer
wij voor de burgerij werkten. Met
dat al heb ik het personeel nog niet
voorgesteld. De belangrijkste figuur
was de hoofdcommies, in die dagen
M. C. van Ballegooijen, die de on-
Onderschrift: Op deze luchtfoto (omstr.
1927) ziji1 op de voorgrond het Vierkantje
en Arsenaal te zien. Ze werden tijdens de
Tweede Wereldoorlog door bombarde
menten verwoest. Na de oorlog werden
hier de bewapeningswerkplaatsen
gebouwd.
86