Een vooraanstaand Nieuwedieper: Joan Thomas Zur Mühlen
Joan Thomas Zur Mühlen was een
telg uit een oud adellijk geslacht
in Estland. Het wapen der familie
voert in goud een afgerukte rode
hertenkop met hals en als helmte
ken de hertenkop uitkomend; de
dekkleden dragen de kleuren rood
en goud. Er hebben veel burge
meesters, regenten en kooplieden
toebehoord. De oudst bekende
voorvader Hermen thor Möhlen,
koopman, raadsheer en burge
meester in Narva, overleed in
Lübeck vóór 19 november 1560.
In oktober 1714 is de in Reval
geboren wolkoper Thomas Zur
Mühlen naar Amsterdam geko
men, waar hij in 1738 als poorter
wordt ingeschreven. Zijn zoon
Barent Commanus Zur Mühlen is
de grootvader van (o.a.) de broers
Barend en Joan Tho
mas Zur Mühlen, die
samen de firma
Gebrs. Zur Mühlen
hebben gevormd,
welke zo'n belangrijke
rol in de geschiedenis
van Den Helder heeft
gespeeld.
Van de beide broers
was Barend de oudste.
Hij is in Amsterdam
geboren op 15 april
1795 en staat te boek
als commissionair en
reder. Tot aan zijn
dood op 17 november
1865 is hij in Amster
dam blijven wonen.
Dat kan niet gezegd
worden van zijn twee jaar jongere
broer joan Thomas. Weliswaar is
ook hij in Amsterdam geboren, en
wel op 30 mei 1797, maar hij ver
ruilt deze stad al jong voor Den
Helder omdat hij nauw betrokken
raakt bij de scheepvaart door het in
1823 in gebruik genomen Groot
Noord-Hollandsch Kanaal. Vandaar
dat wij ons verder alleen met hem
en zijn nageslacht zullen bezighou
den.
Samen met zijn broer Barend be
gint Joan Thomas Zur Mühlen in
1823 meteen al een barge (trek-
schuitj-dienst met jaagpaarden
door dit kanaal te exploiteren. Maar
in datzelfde jaar vraagt en verkrijgt
hij ook al een vergunning om door
dit kanaal een beurtdienst met een
schroefstoomboot te onderhouden
op Amsterdam. Die reis duurt dan
nog maar zo'n zes uur in plaats van
twaalf zoals tot dusver. Een enorme
vooruitgang dus!
Het ligt dus wel voor de hand dat
de jonge ondernemer al in 1823 in
Den Helder is gaan wonen, zij het
als vrijgezel. Dit is niet na te gaan
omdat het oudste bevolkingsregis
ter pas in 1850 begint. Wel staat
vast dat hij op 27 november 1828
op 31-jarige leeftijd in Amsterdam
trouwt met de 22-jarige Geertruida
Bernardina Vihoff en aangenomen
kan worden dat hij met zijn jonge
vrouw daarna een huis in Den Hel
der heeft betrokken. Of dat meteen
al het grote herenhuis aan de
Hoofdgracht is geweest waar hij tot
aan zijn dood in gewoond heeft, is
niet zeker. Dat huis was in elk geval
ruim genoeg om zijn grote gezin te
huisvesten: zijn vrouw schenkt
hem, naast vier jonggestorven kin
deren, vijf zoons en een dochter.
Maar ook hebben twee ongetrouw
de zusters en zijn moeder bij hem
ingewoond. Hij komt met zijn ge
zin - dan nog maar uit drie perso
nen bestaand - dan ook al voor in
het register van de volkstelling 1830
in Den Helder, al staat het tot onze
verbazing dan als gereformeerd te
Binnenhaven met Amsterdamsche boot.
48