De Weeshuizen Het weeshuis op Huisduinen kent een wat merkwaardige geschiede nis. Eerst heeft het gestaan op een tot nog toe onbekende plek. Een uit gebreide ordonnantie, geschreven op 8 november 1607, is het enige bewijs. Het vermeldt voorschriften voor de weesmeesters. Daarna heeft er een weeshuis, vanaf het jaar 1676, meer dan honderddertig jaar gestaan ten zuiden van het gehucht Heiligharn. Daar waar nu de Jan Verfailleweg loopt, zo onge veer tussen de katholieke begraaf plaats en het bejaardenhuis de Golfstroom in. Het was een L-vormig gebouw met het uiterlijk van een boerderij. Met een voorhuis, achterhuis, keu ken en zolder. Daarbij een barak, een stal met een schuur en een boerenwoonhuisje. Dat weeshuis is tijdens de Franse Periode in brand gestoken (1813) en onbe woonbaar geworden. Pas in het jaar 1900 kreeg Huisduinen weer een eigen weeshuis. En dat heeft nog geen veertig jaar geduurd. Want weeshuizen raakten aan het eind van de dertiger jaren min of meer uit de tijd. Kinderen werden vanaf die periode als pleegkinde ren in gezinnen geplaatst. Weeshuizen waren het gevolg van de sociale omstandigheden, waarbij de kinderen veelal niet uit de ge goede families afkomstig waren. Als ooms en tantes het financieel niet konden opbrengen nog een kind in huis te nemen dan bracht het uitkomst. Ook voor het kind, dat ervan verzekerd was eten en een bed te krijgen, tot dat het zelf met werken zijn brood kon verdie nen. "Het weeshuis was in vroeger tijd een instelling waarvan het be heer in betrekkelijk arme streken, waar weinig kapitaalkrachtige men sen woonden, grote moeilijkheden opleverde", schreef A. Korff in zijn boek: Beknopte geschiedenis van Huisduinen en Den Helder. "Daar kwam voor Huisduinen en Den Helder nog bij, dat de toevloed van weeskinderen ten gevolge van de beroepen der ingezetenen groot was, groter dan in plaatsen, waar de mannelijke bevolking niet voor een belangrijk deel uit zeevaarders en vissers bestond. Om de exploitatie van de wezen-gemeenschap slui tend te houden moest men hier zijn toevlucht nemen tot verschil lende bronnen van inkomsten, wel ke men elders niet kende. Voor deze bijzondere inkomstenbronnen was octrooi van de Staten van Hol land en Westfriesland vereist. Be halve wezen werden ook armen in het weeshuis verpleegd". Het weeshuis nam alleen gerefor meerde kinderen op (nu hervorm den genoemd). Dat kwam door de positie van de gereformeerde kerk, tot 1795 de volkskerk. Tot aan dat jaar steunde de overheid het wees huis. Omdat de meeste dorpelin gen gereformeerd waren gingen vrijwel alle wezen naar het wees huis. Wezen van andere gezindten werden door hun eigen geloofsge noten verzorgd, zij waren zelfs te gen opname in het plaatselijke weeshuis van 'hun kinderen'. De inkomsten De financiële ondersteuning van de staat was voor het weeshuis onvol doende. Dorpsbewoners betaalden daarom mee, door de vaste heffin gen die op inkomsten waren ge steld als van: verkochte onroerende goederen - het loodsgeld - venters en kramers - de visafslag - aardap pelverkoop - op de vergunningen van bieren, wijnen en sterke drank - en op de boetes. Daarbij droeg het weeshuis voor een groot deel zelfbij in de finan ciën. Het lezen van die gegevens, aanwezig in het Helderse gemeen tearchief, geeft een goede indruk van de werkzaamheden die daar voor uitgevoerd moesten worden. Want het dagelijks werk van de ou dere wezen bestond uit: karren duinzand rijden bestemd voor scheepsballast - duinwater rijden voor de schepen - verhuur van het doodskleed voor een kerkgang - het verhuur van het doodskleed voor de tocht naar de Algemene Begraaf plaats (de lijkbaren stonden in het weeshuis opgeslagen) - inkomsten van het rijden en begraven van drenkeldoden - het rijden van over leden militairen - het tolhek bij het weeshuis - opbrengsten van de ei gen boerderij - de inkomsten van de eigen spinbaan (touwslagerij) - meisjes die zich zomers bij een boerin verhuurden - jongens die op een walvisvaarder naar Groenland meevoeren - tijdens de Franse Pe riode werden er jongens voor het leger aangewezen - en dan waren er nog de vele collectes. De aller kleinsten gingen naar de dorps school en genoten er onderwijs, ge lijk met de dorpsjeugd van Huis duinen. In de weeshuisregisters uit het jaar 1812 is duidelijk te zien hoe een aantal inkomsten dat jaar tot elkaar in verhouding stonden: 35

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Levend Verleden - Den Helder | 2001 | | pagina 35