De haven Het Nieuwediep in de eerste helft van de negentiende eeuw, getekend door de Helderse stadstekenmeester J.C. Leich. Nieuwe Diep des noods konnen worden gevoerd. Wyders zou daar door de Marine, ten opzichte der reserve Haven van de stad Medem- blik eene overschoone gelegenheid gegeven worden, omme als dan, met opruiming en wegneeming der 2 Overhaalen, als één aan het ge- hugt genaamd Rustenburg, en één te Opmeer, en het leggen van Schutsluizen aldaar, binnen door, alle hunne Goederen na die Haven te voeren; terwyl thans alle Goede ren van eenige groote volumen, ter Zee derwaards moeten gaan, en daardoor aan groote Inconvenien- ten en nadeelen onderworpen zyn". De ophaalbrug kwam er echter niet, althans toen niet. Door het bondgenootschap van ons land met Frankrijk en de daaruit voortvloei ende oorlog met Engeland, inclu sief het Continentaal Stelsel, kwa men handel en scheepvaart groten deels stil te liggen. Er kwamen op de Grote Sluis dagen voor, dat er geen gulden schutgeld werd geïnd. Aan een kostbare ophaalbrug was dan ook weinig behoefte. Pas in 1848 werd over de sluis een brug gelegd die was voorzien van kleppen, waardoor schepen voor taan met staande mast' konden passeren. Den Helder had daar toen geen behoefte meer aan, want de stad bezat in die tijd via het Noordhollands Kanaal al bijna een kwart eeuw lang haar eigen, recht streekse verbinding met het IJ. Will C. Thijssen Gebruikte bronnen: -Aten(D), 'Als het gewelt comtpoli tiek en economie in Holland benoor den het IJ, 1500-1800' (Hilversum r995)' Pag-136 t/m 138; -Honig Jsz. Jr. (J.) 'Bevaarbaarmaking van de Zaan voor Zeeschepen'; in Zaanlandsch jaarboekje, nieuwe serie 1 (1854), pag. 4 t/m 17; -Regionaal Archief Alkmaar: 'Archief van het Hoogheemraadschap van de Hondsbossche en Duinen tot Petten 1555-1921 (1922), inventarisnummers 5,51,52,54,609. 109

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Levend Verleden - Den Helder | 2001 | | pagina 25