Tuyn. De op de Groene Plaats te
Den Burg woonachtige Breero had
nog een aantal andere potvisbotten
weten te begaan (onder meer bij de
traankoker Lieve Bussemaker te
Oostzaan) om het geheel te com
pleteren, ten einde het geraamte
'in een kaagschip' op de Amster
damse kermis in september te
kunnen vertonen.
Tekening
In het Rijksprentenkabinet te Am
sterdam bevindt zich een ongesig
neerde gewassen pentekening van
de 'potvis op de Hors', die wordt
toegeschreven aan de Amsterdam
se landschaps- en decoratieschilder
Juriaan Andriessen (1742-1809).
Het is niet waarschijnlijk dat de
die van Jan Saenredans, Gestrande
walvis bij Beverwijck (1602). Het
onderschrift van de tekening luidt:
'Cagellot gestrand aan de westhoek
van het Yland Texel den 26 juli
1763, lang 58 en in den omtrek 28
voet Rijnlands. In zijn bek zaten 48
tanden en in het verhemelt so veel
gaaten uyt sijn kop quamen veer
tien oxhoofden Harssens, is het
nietwaar Juffr. Rosenboom?'
De datum is niet correct (30 juni -1
juli), het aantal tanden is eveneens
niet geheel juist (42 i.p.v. 48) en
ook de hoeveelheid spermaceti be
droeg slechts 9,75 okshoof (in
houdsmaat voor wijn, circa 230 li
ter).
w
1? T.» -A'
-r,; - n.'A *4
K."/.
De potvis op de Hors, 1763, ongesigneerde gewassen pentekening, toegeschreven aan
Juriaan Andriessen, (Rijksprentenkabinet Amsterdam).
jeugdige Andriessen vanwege de
kosten zelf naar Texel is gereisd.
Vermoedelijk heeft hij aan de hand
van het geraamte in het kaagschip
en van eerder gemaakte tekenin
gen zoals die van Hendrick Golthi-
us, Gestrande walvis bij Berkhey
(1598), die van Gilham van der
Gouwen (1598) van een potvis tus
sen Scheveningen en Katwijk en
Juffrouw Rosenboom
Misschien had de jonge Andriessen
zijn informatie van Catharina Ma
ria Rosenboom, in 1743 geboren als
dochter van de uit Amsterdam af
komstige commies ter Recherche
en Commissaris van de Monstering
op Texel, Mr Frederik Rosenboom
en Hendrikje Lamberts Kikkert,
dochter van de kastelein van het Ei-
erlandse Huis. Van welke aard de
relatie van Catherina met Jurriaan
was is me niet bekend. Catherina
Maria trouwde in 1771 met de zee
kapitein Paul Theodore Bruner de
Rockebrune, die na de dood van
zijn schoonvader in 1777 hem in
zijn ambten opvolgde en op Rozen-
hout bij de Hoge Berg ging wonen,
doch nog datzelfde jaar overleed,
waarna zijn weduwe het eiland ver
liet. 7
J.T. BREMER
Literatuur:
1. Tenzij anders vermeld zijn de gege
vens ontleend aan het in 1992 ver
schenen boek 'Op het strand gesme
ten - vijf eeuwen potvisstrandingen
aan de Nederlandse kust' onder
redactie van B.C. Sliggers en A.A.
Wertheim. De meeste gegevens zijn
afkomstig uit het in het rijksarchief
te Utrecht berustende archief Huy-
decoper (baljuw op Texel van 1732 -
'69) en uit de correspondentie van
Gecommitteerde Raden (Rijksarchief
Haarlem).
2. S. Schama, Overvloed en onbeha
gen - de Nederlandse cultuur in de
Gouden Eeuw, 1988, blz. 138 e.v.
3. S. Lootsma, Bijdrage tot de geschie
denis der Nederlandsche walvisvaart,
1937, blz. 169.
4. G. Van Santé, Alphabetische
Naam-lijst van alle de Groenland-
sche en Straat Davissche Comman
deurs, Haarlem, 1771, blz. 38, 39.
5. J. Van der Vlis, 't Lant van Texsel,
1975, blz. 244-258.
6.P.A. Scheen, Lexicon Nederlandse
Beeldenkunstenaars, 1981 (2e druk),
blz. 10.
7. J. van der Vlis, blz. 124-127.
31