de ambachtschool en hij gaat naar zee. Want als hij zeventien jaar is breekt de eerste wereldoorlog uit, maar Nederland blijft neutraal. En in Europa is een grote vraag naar graan. Graan dat uit Amerika ge haald moet worden door schepen die varen onder neutrale vlag. Door de Nederlandse reders wordt goed verdiend, maar de bemanning waagt z'n hachje, zeker wanneer de Duitsers in 1917 de onbeperkte duikbootoorlog afkondigen. Daar schrijft Klaas Smelik later vol bitter heid over, want hij heeft de pest aan het kapitaal. Aan het kapitaal en aan de kerk die heult met het ka pitaal. Klaas Smelik is één van die koopvaardij mensen geweest - hij ging varen als machinist - die z'n hachje waagde en die na de oorlog, toen de vloot weer werd ingekrom pen, z'n congé kreeg. Hij begon, hoe kon het ook anders, een volksloge ment in Hoorn. In die jaren be gon hij zich ook echt toe te leggen op het Klaas Smelik bezocht de ambachtsschool in de Ouwe Helder. schrijver schap, nadat hij tevoren al eens voor di verse kranten artikelen en stemmings- indrukken had geschreven. Het waren vooral de bezoekers van het volksloge ment die hem met hun vaak in drukwekkende belevenissen de stof voor zijn vertellingen gaven. En zijn eigen jaren op zee uiteraard. Zijn eerste boek 'Van verre voya- giën' (van verre reizen) verscheen bij de Arbeiderspers, zijn tweede boek 'Ship Ahoy' bij uitgever H. Meulenhoft. Ook schreef hij hoor spelen ('Stormweer', 'Lekke ketel') en vervolgens zijn bekendste ro mans, de trilogie 'En altijd roept de zee', 'Storm over de oceanen', 'Een vloot voedt een volk', waarin prach tige autobiografische passages over Nieuwediep geschreven zijn. (Ne- derlandsche Uitgeverij Baarn). He laas zijn deze boeken allemaal al lang uitverkocht en nog slechts an tiquarisch verkrijgbaar. Bekend werd ook het jongens- verhaal 'Jongens van alle stranden'. Een enkele keer ging hij er nog weer opuit om een reportage in de vorm van een hoorspel en of een boek te ma ken. Zo voer hij met een trawler naar het hoge noorden om het boek 'Hollan ders visschen in de Poolzee' (Uitge verij Hollandia - drukkerij, Baarn) te schrijven. Klaas Smelik wist van zich zelf dat hij meer een verslag gever dan een literator was. Ooit zij hij in een interview aan de Helder- se Courant dat hij wellicht tever geefs probeerde 'om van een derde rangschrijver een tweederangs au teur te worden'. Hij suggereerde in dat zelfde interview (1942) dat hij zich te weinig tijd gunde zijn werk voldoende 'bij te schaven', omdat hij altijd in geld nood zat en teveel werk in te korte tijd moest leveren. Een ding is zeker: geld gebrek had hij vaak. De hoog bejaarde schrij ver Theun Vries (geb. 1907) herin nert zich van Klaas Smelik dat hij altijd klaagde over geld gebrek. Maar of dat kwam omdat hij onvol doende presteerde? Of kon hij een voudig niet goed met geld omgaan? Ik weet het werkelijk niet, maar zou graag door mensen die het wel weten geïnformeerd willen worden over deze toch wel begaafde oud- Nieuwedieper. Misschien kan ik dit verhaal het best beëindigen met een citaat van Klaas Smelik zelf. 'Vanaf den beginne kende Kees Smeding Klaas Smelik), zoon uit het logement 'De houten lepel' geen bezit. Hij deelde de zegen van de behoeftigheid met al de bewo ners van het ongure logement. Zijn leven was één doorlopend verlan gen. Een hunkering naar welvaart en geluk..'. J. T. Bremer Links Klaas Smelik in gesprek met Arie Boon voor zitter van de Hel- derse Historische Vereniging) tijdens de jaarvergadering van de zeeredders vereniging Moed Volharding en Zelfopoffering in de zeevaartschool (1982). 11

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Levend Verleden - Den Helder | 2000 | | pagina 11