In kaart gebracht
Landmeters
in het veld.
Als Noord-Hollandse landmeters en cartografen als
Louris Pietersz, Langedijck, Metius, Abbestee, Zout
man, Muller, Wentel, Wonder Muller, en Den Berger
in het noordelijkste deel van onze provincie hun
werkzaamheden verrichten en de gegevens op per
kament vastleggen doen zij dat als ware kunste
naars. Zij tekenen met uiterste precisie de kustlijn,
de duinen, de dijken en de dorpen met hun gron
den. Hun meetgereedschap is voor onze begrippen
zéér eenvoudig en wordt aangeduid met namen als
'de koperen meetketting, proportieliniaal, winkel-
kruis en de halve cirkel'. In het veld werken zij niet
alleen. Zo'n twee a drie man lopen met de instru
menten terwijl de landmeter notities maakt en ze ter
plaatse in de beschutting van een tent uitwerkt.
Edam en Alkmaar zijn de oudste centra van land
meetkundige activiteiten in het Noorderkwartier. In
de vroege zeventiende eeuw is onze provincie zelfs
één van de best in kaart gebrachte stukken land ter
wereld. Niets ontsnapt de landmeters. In opdracht
van waterschappen en landeigenaren brengen zij de
hele streek haarfijn in kaart, want een goede water
huishouding en het inpolderen van meren (droogma
kerijen) vereist nauwkeurige kennis van land- en
wateroppervlakten. Zo'n kaart maakt immers duide
lijk waar het best de uitwatering kan worden aange
legd, waar het best de molens geplaatst kunnen wor
den om water af te voeren én waar de verkavelingen
plaats moeten vinden
Landmeeting toond hoe verr' het eigen,
In bouw of plyt, na 't aards verkreigen,
In hebben en in houden, rekt,
Zo komt het richtsnoer, van gods wetten,
't Begeerlyk herte paal te zetten
en wysd hoe verr' het eigen strekt.
16