Helderen Huisduinen gezien vanuit het Marsdiep. Met Engelse en Russische viooteenheden in 7799. Een Engelse ooggetuige vertelt Het is opvallend dat in het dagboek van Kaan niets over het uiterlijk van het invasieleger noch over de wijze van legering, voeding of verzorging van gewonden en het begraven van de gesneuvelden wordt gezegd. An derzijds vermeldt de Engelse mili taire arts Walsh zo goed als niets over de toestand van de burgerij. De laatste meent dat 'de inwoners zich sinds tijden werkelijk hebben kunnen verheugen in die echte vrij heid en gelijkheid, die is gebaseerd op rechtvaardige wetten, aangepast aan de geest en het karakter van het volk', maar hij vertelt niet waarop hij deze mening baseert. Hij meent ook dat de bevolking zeer godsdien stig is, want 'het was even zeker een gebeden- of psalmenboek op een dode of gewonde aan te treffen als een pijp of een veldfles. Men zag overal in de boerderijen gods dienstige boeken en vaak ook poli tieke vlugschriften. Deze laatste wa ren kennelijk onlangs uitgedeeld'. Volgens Walsh waren 'de man schappen ondergebracht in grote en ruime boerderijen die uitsteken de kazernes vormden, waarbij alle voorzieningen onder één dak wa ren samengebracht'. Deze behui zingen waren zo talrijk en gelijke lijk verspreid, dat het land eruit zag als één groot dorp. Opmerkelijk is nog wel de zinsnede dat het in vasieleger de moeilijkheden mis schien te boven gekomen zou zijn 'indien aan de inspanningen van de geallieerde strijdmacht behoorlijk zou zijn bijgedragen en deze geest driftiger zouden zijn ondersteund door de actieve en hartelijke mede werking van de bewoners'. Tot de moeilijkheden rekende hij vooral de schaarste aan voedingsmiddelen en water - dat zelfs vanaf de Eems werd aangevoerd! - en de omstreeks midden oktober uitbrekende ziek ten zoals diarrhee, dysenterie en 'wisselkoorts', volgens Walsh het gevolg van de 'heel natte herfst en van de natuurlijke ongezondheid van het Nederlandse klimaat'. Zaandijker kooplui Typerend voor de grenzeloze naïvi teit van de gewone burgers in die dagen is het verhaal van vier Zaan dijker kooplui, Arend Breet, Pieter Zwart, Klaas Ad. Honigh en Jan Ad. Van Vleuten, die met het scheepje van Honigh en twee van zijn knechts, Hendrik Pot en Lam- bert Groot, op 22 oktober naar de Zijpe voeren om daar eens een kijk je te gaan nemen. Eer ze er eigen lijk goed en wel erg in hadden, wa ren ze de laatste Franse schild wacht gepasseerd en waren ze bij een Russische voorpost terecht ge komen. De Russische grenadiers die niet goed raad wisten met de nieuwsgierige Zaandijkers, stuur den Van Vleuten, begeleid door een sergeant naar het Russische hoofd kwartier, 'zijnde op een boere- plaads niet ver van de Burgerbrug'. Gevraagd wat ze eigenlijk kwamen doen, antwoordde Van Vleuten blij moedig: Schoorldam en Schoorl be zien voor plezier', waarop werd aangemerkt of zulks te zien plaizie- rig was; toen nog gevraagd waar wij 102

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Levend Verleden - Den Helder | 1999 | | pagina 14