jeugdherinneringen
Spelen op straat omstreeks 1940
Een volwassene
kent in het
algemeen
alleen de steeg
achter zijn
huis. Daar waar
hij met de fiets
door de poort
zijn pand ver
laat. Maar een
kind kent alle
stegen in de
buurt waar het
woont. Zo was
dat in mijn
jeugd tenmin
ste in die oude
Sluisdijkbuurt.
In de smalle
straten gelegen
tussen de
Parallelweg en
de Keizerstraat
waren er stegen
in overvloed.
Doodlopende stegen tussen hui
zen en achter panden en de daar
achter gelegen tuintjes, die
omringd werden door hoge schut
tingen, maar ook stegen die een
verbinding vormden tussen twee
straten. En wat is er heerlijker
voor een kind dan zich daar te ver
stoppen tijdens het schuilhokje
spelen, een van de vele spelletjes
die op straat werden gedaan.
Er dat waren er heel wat. Tikkie
loop, hinkelen, steltlopen en dan
die spelletjes, die elkaar in het
voorjaar opvolgden en waarvan
niemand wist wie daarvoor het
sein had gegeven. De juiste volgor
de weet ik niet meer, maar plotse
ling was het tollentijd, ballentijd,
knikkertijd of tijd om touwtje te
springen. Dat was dan weer een
drukke tijd voor de fa. Prins in de
Spoorstraat, waar al de benodigde
attributen in ruime mate voorhan
den waren. Stuiters, knikkers, tol
len, priktollen met appel- of perenpunt, zoek maar uit.
En dan waren er ook nog de spelletjes als: Rosa, ja
papa, moeder mag ik reizen, of schipper mag ik over
varen. Dat mocht, maar altijd naar Urk, omdat dat
maar een stap was. Dat kon nog wel eens tot een dis
cussie leiden, omdat er kinderen waren, die twee stap
pen wilden doen en dan beweerden dat het U-ruk was.
Maar ook kon het gebeuren, dat er opeens een roep
door de buurt ging: „Vanmiddag knikkermis in die of
die straat.' Dan hadden een paar voortvarende kinde
ren een soort kermis opgezet, waar je tegen betaling
van knikkers spelletjes kon doen.
Kwam het nu omdat in 1939 de mobilisatie was uitge
broken en we al kennis hadden gemaakt met soldaten
en militaire oefeningen, of gebeurde het voor die tijd
ook al? Ik zou het niet meer weten, maar wel weet ik
nog, dat er in die dagen van tijd tot tijd een roep door
de straat ging: 'Vanmiddag komt de Visbuurt of de
Hoogstraat vechten.'
De jongens 'bewapenden' zich en wij als meisjes ver
kleedden ons als Rode Kruis-verpleegsters. Met een
witte doek met rood kruisje er op om het hoofd en een
wit schortje voor voelden we ons 'heel echt.' Totdat
een jongen een steen tegen zijn hoofd kreeg en onze
Fa. Prins op de
hoek Spoorstraat -
Spuistraat ca.
1910.
104
X'et Jfuis met de blauwe Stoep Spoorstraat h. Spuistraat