keek ome Kees wel eens verwijtend
achterom, maar hij greep nooit in.
Hij was, evenals mijn grootvader,
een zachtmoedig man.
Er was in feite maar één oplossing:
de harde hand van koster Stom. Of
hij er extra voor betaald kreeg weet
ik niet, maar er zijn tijden geweest
dat de brave man week in week uit,
preken lang achter ons stond. En
warempel, dan was het stil, ja zelfs
de Dick Bosboekjes bleven in onze
broekzakken
Interieur Palm-
straatkerk.
Bron en ds. Fran^ois HaverSchmidt, de als dichter zo
bekend geworden Piet Paaltjens, bestuurslid waren
van 't Nut. De bibliotheek werd een succes; 'Het gaat
daarmee gezegend', aldus de secretaris, 'het getal der
lezers vertelt Gods lof en de collecten verkondigen zij
ner handen werk, in aanmerking nemend (dat) het
hier Helder en Nieuwediep, of anders gezegd Tyrus
en Sidon is.'
Tyrus en Sidon, waren in de bijbel 'heidense' streken,
waar echter wél belangstelling voor de prediking van
Jezus van Nazareth was (Mattheus 15 vers 2, Marcus 3
vers 8).
Gevelsteen
Was de voorganger in die dagen
eigenlijk wel een echte dominee?
Het Palmstraatgebouw was
immers een verenigingsgebouw
en geen echte kerk? Op de eerste
steen van het toenmalige Evangeli
satiegebouw stond: De eerste steen
is gelegd
door Jobina Adriana de Buisonjé
oud 8 jaar Den 9 mei 1864
Jobina was het dochtertje van de
penningmeester van de vereniging
'Ter verbreiding van de waarheid',
een vereniging die opgericht was
in 1859 om 'elkander op te bou
wen in het allerheiligst geloof.
Het was een vereniging van lidma
ten van de hervormde kerk, die
naar hun eigen zeggen, weinig
talenten en menselijke wijsheid
bezaten, maar wél geloof. En daar
mankeerde het nu juist aan in de
officiële hervormde kerk, die hen
véél te vrijzinnig was. Toch wilde
men niet, zoals de mensen van de
'Afscheiding' (1840) gedaan had
den, de hervormde kerk verlaten.
Bibliotheek
Het bestuur van de vereniging ont
plooide tal van initiatieven. Zo
kwam er in 1860 een bibliotheek
met 'verantwoorde christelijke lec
tuur', die als het ware als 'tegen
hanger' fungeerde van de 'openba
re', van de Maatschappij tot Nut
van 't Algemeen.
Tekenend voor de situatie is dat de
hervormde predikanten ds. G.E.
Jongelings
vereniging
In september
1860 begon
men met een
zondagsschool,
terwijl er even
eens een jon
gelingsvereni
ging werd
opgericht.
Met name aan
de jongelings
vereniging,
later een afde
ling van de
landelijke
C.J.M.V.
(Christelijke
Jonge Mannen
Vereniging)
bewaar ik
goede herinne
ringen. Je
mocht lid wor
den vanaf je
twaalfde jaar,
dat was meest
al de leeftijd
waarop je de zondagsschool verliet. Er was voor iedere
leeftijdscategorie een afzonderlijk 'vergaderuur' op
een door-de-weekse avond.
De 'knapenvereniging' vergaderde in de oorlogsjaren
in een bovenzaaltje van dit evangelisatiegebouw. Met
een speciaal 'avond pasje' mochten we daar naar toe.
Het was een simpel gebeuren: een openingsgebed,
wat zingen bij een harmonium, bijbel lezen en enige
uitleg over het gelezene. Na de pauze een spel, wat
'hersengymnastiek', nog wat liedjes en een gebed ter
afsluiting. Maar we waren er even 'uit' en zolang er
nog cokes voor de grote vul kachel was hadden we
het warm en genoeglijk met elkaar. En nooit vergeet
87