merd in Het Nieuwediep nrs. 3
t/m 7.
Hoewel in de loop der jaren onge
twijfeld veel bijzondere gebeurte
nissen in en bij het Paleis zijn
gepasseerd, die echter niet allen
geboekstaafd zijn, is het wellicht
interessant er enkele, die wel
bekend zijn, te vermelden.
Zo kreeg de Directeur der Marine,
schout-bij nacht D. Buijs, in 1844
een cavalerie-officier te paard op
bezoek, die assistentie van de mari
ne kwam inroepen bij gerezen
moeilijkheden met 400 a 500
opstandige arbeiders op een eiland-
Ook in 1918 was de landmacht bij het commande-
mentsgebouw, doch wel tengevolge van een veel
onaangenamer kwestie. Na afloop van de Eerste
Wereldoorlog werd in november 1918, vooral onder de
dreiging van geruchten over een op handen zijnde
revolutie in Nederland, de vloot ontwapend en de
geweren met bajonetten van de manschappen veilig
opgeborgen, om eventueel muitende matrozen geen
kans te geven aan een revolutie steun te verlenen. In
deze 'rode week' van n tot en met 16 november werd
gedurende enkele dagen de bewaking van marine
objecten, dus ook het commandementsgebouw, over
genomen door wèl bewapende militairen van de land
macht. Voor en in het gebouw had de Alkmaarsche
Infanterie de wacht betrokken. Deze beslissing van de
toenmalige Commandant Marine, schout-bij-nacht J.
Diner in
Admiraalszaal
Commande
mentsgebouw op 9
juli 1937.
Geheel links:
K.W.F.M. (Karei)
Doorman
3e van links: C.
Ritmeester, burge
meester van Den
Helder
5e van links:
Z.K.H. prins
Bernhard
je bij Kolhorn, die bezig waren met
het indijken van de Waard- en
Groetpolder. Zonder hier nader in
te gaan op deze kwestie en de
beslissing van de schout-bij nacht
kon worden vermeld dat de legerof
ficier niet enthousiast was over de
verzorging van het paard in het
commandementsgebouw van de
marine, dat echter niet was inge
richt op het ontvangen van bood
schappers te paard.
Alberda, is bij het marinepersoneel zeer slecht geval
len; vooral de onderofficieren voelden zich aangetast
in eer en goede naam.
Bij de vele bezoeken, die in de loop der jaren door
leden van ons koningshuis aan het Paleis werden
gebracht, is er één die door gebeurtenissen achteraf
het vermelden waard is. Op 9 juli 1937 bracht Z.K.H.
prins Bernhard in het kader van zijn kennismaking
met de Koninklijke marine een bezoek aan Den
Helder. Een vaartocht met Hr.Ms. onderzeeër 'O 16'
en een kranslegging bij het monument 'Voor hen die
vielen' op het Havenplein stonden op het programma,
