76
De totale ontvangsten beliepen 176.939,00,
waarvan ruim 29.000,00 als aandeel in de
opbrengsten van de Rijks Personele belasting
en bijna 128.400,00 uit gemeentelijke belas
tingen. De hoofdelijke omslag, enigszins naar
de hoogte van het inkomen, omvatte nog geen
10.000,00. Nog steeds kwam dus het over
grote deel van de gemeentelijke inkomsten uit
de inkomensonafhankelijke accijnsen.
Het Provinciaal Verslag: "Helder verklaarde
bij voortduring behoefte te hebben aan de
heffing van sommige accijnsen en vroeg dat
te mogen blijven doen". Dat mocht tot "ulti
mo April 1873". Vrijwel overal elders in het
land waren de accijnsen op tal van ver-
bruiksgoederen, zoals meel, vlees en turf, al
lang afgeschaft.
Waar gaf de gemeente dat geld aan uit? Aan
pensioenen ging maar 1.225,00 op; pensioen
was toen heel ongebruikelijk, men werkte tot
aan de dood of verviel tot armoede als wer
ken echt niet meer ging. Alleen een kleine
groep wist voldoende te sparen voor later.
Grote gemeentelijke uitgavenposten waren:
openbare werken, politie, armwezen en onder
wijs.
OPENBARE VEILIGHEID
Door "slechte inrichting der stookplaats" liep
een woonhuis brandschade op; met emmers
water werd geblust, de verzekering dekte de
schade. Een ander woonhuis ging, met de
inboedel, geheel in vlammen op. Ter blussing
waren weliswaar vijf spuiten ingezet, waar
onder een van de Hollandsche IJzeren
Spoorwegen, maar het mocht niet baten. Het
huis was verzekerd voor 1.600,00, de inboe
del voor duizend.
De openbare verlichting middels gaslantaarns
werd uitgebreid tot 226 stuks, die 1700 uur
per jaar brandden, wat voor elk lichtpunt
40,00 per jaar kostte. De prijs van het gas
was vijftien cent per kubieke meter. Den
Helder telde nog drie lantaarns op petroleum.
Het Schapendijkje richting Kaaphoofd, in de verte ligt Fort Erfprins, toen nog volledig omringd
door de fortgracht.