m
hemel afzochten. Het geschut stond rondom en
midden in de stad verspreid. Tijdens het schieten
regende het scherven op de daken welke alle
kanten wegspatten. Om veilig de nacht door te
brengen besloten veel inwoners buiten de stad
te gaan wonen of alleen te slapen. Zo ook ons
gezin dat toen nog in oud Den Helder woonde.
Door zijn werkzaamheden bij de genie wist
mijn vader enkele bunkers in de duinen te lig
gen. Deze waren in de loop der jaren geheel
onder het zand verdwenen. Met een groepje
mannen werd. met vereende krachten, de bunker
leeg gegraven. De ruimte bestond uit niet meer
dan een betonnen vloer met een half rond dak.
Een uitgang werd dicht gehouden en diende
alleen voor wat ventilatie. Voor de ingang
werd een houten deur getimmerd. De bunker
bood ruimte aan 30 personen. Er werden
bedden in geplaatst welke door gordijnen pro
visorisch van elkaar gescheiden werden. De
bedden stonden langs de kant met in het mid
den een looppad. Zolang het redelijk weer
was, ging het slapen nog wel. Toen de tem
peratuur lager werd was het niet bepaald aan
genaam. De meeste slapers kwamen uit oud
Den Helder, 's Avonds ging ieder lopend naar
de duinen. Op deze wijze zijn wij, als gezin,
menige avond op weg gegaan naar ons onder
komen. In het begin was het nog gezellig ook.
Op den duur vonden enkele slapers echter een
ander onderkomen buiten de stad en anderen
bleven weg omdat ze het te koud vonden of
het thuis slapen weer aandurfden.
Op een avond besloten mijn ouders ook thuis
te blijven slapen. De reden was dat zij vroeg
in de morgen bij een slager in de Koningstraat
in de rij wilden gaan staan. Deze slager werk
te voor de duitsers maar had ook voor de bur
gerij wat in de verkoop. Om wat te kunnen
kopen moest je er al vroeg zijn, anders was
alles uitverkocht.
Mijn broer en ik lagen al in bed toen enkele
vliegtuigen laag overvlogen.
Het geschut daverde over de stad, vooral vanaf
fort Erfprins waar zwaar geschut stond, klon
ken dreunende explosies. Even plotseling als
het begonnen was werd het weer stil.
De schrik zat er goed in en aangekleed zaten
we het verdere verloop af te wachten. Die nacht
wilde ik niet thuis blijven slapen en besloot
naar de bunker te gaan.
Van de familie was niemad bereid om met mij
mee te gaan dus besloot ik alleen te gaan. Het
was al schemerachtig toen ik de tocht naar de
bunker begon. Vanuit de Middenstraat langs de
Singel en de Huisduinerweg naar de duinen. In
de duinen liep een pad langs het bosje van het
waterleidinggebied. Dat was toen nog afgelo-
ten. Onderweg was niemand mij gepasseerd en
de duisternis was inmiddels ingetreden. Bij de
bunker aangekomen wachtte mij een onaan
gename verrassing.
Toen ik de deur opende bleek niemand aan
wezig te zijn. Daar stond ik dan, terug gaan
kon ik niet meer. Bij het schijnsel van een
zaklantaarn naar bed om te proberen in slaap
te komen. Het was doodstil. Alleen het waai
en van de wind door het dennenbosje drong
door. Van slapen is niet veel terecht gekomen
want bij elk verdacht geluid werd ik wakker.
Na een doorwaakte nacht ging ik, zodra het
licht werd, naar huis.
Het heeft lang geduurd eer mijn ouders te weten
kwamen dat ik alleen in de bunker had gesla
pen. Wel was het een van de laatste keren dat
wij er geslapen hadden.
Spoedig daarna werden de duinen tot Sperr-
gebiet verklaard.
De bunker is inmiddels weer vol zand gesto
ven. Soms, tijdens een wandeling door de dui
nen, zie ik nog een klein randje boven het zand
uitsteken. Dan komt de herinnering aan die bij
zondere nacht weer naar boven. Het is te hopen
dat deze bunker nooit meer nodig zal zijn.
K. JELLEMA