146 Si ONDERWIJS De Industrieschool, indertijd opgericht door 't Nut van het Algemeen, onderging in oktober "eene vrij belangrijke uitbreiding. De leervakken werden namelijk vermeerderd met de Nederlandsche taal, de geschiedenis (voornamelijk de Nederlandsche) en de aard rijkskunde. Men was hiertoe overgegaan omdat velen, die deze school bezochten, het geleerde op de lagere scholen, voor een groot gedeelte reeds waren vergeten". Voorts werd het schoolgeld voor deze voorlo per van de ambachtschool/lbo verlaagd van zes gulden voor de zes wintermaanden naar drie gulden. Daartoe verhoogde de gemeente het subsidiebedrag van 900 naar 2.000 gulden. Het aantal leerlingen was 63, waarvan 36 in de eer ste, vijf in de tweede, zestien in de derde en zes in de vierde klas. Van de wettelijke verplichting om een HBS op te richten werd aan de gemeente bij Koninklijk Besluit van 4 juni "voor vijf jaren ontheffing verleend". De gesubsidieerde MULO, geleid door C.J. Blok, telde 60 leerlingen, waarvan zes van bui ten Den Helder. De commissie van toezicht sprak "een zeer gunsig oordeel uit wat de vor deringen van de leerlingen der hoogste klasse betreft". ARMWEZEN De algemene toestand in Noord-Holland was gunstiger dan in 1868. Dat kwam door de zach te winter, de op de meeste plaatsen goed uit gevallen aardappeloogst en het feit dat er bijna overal werk te vinden was. Een minpunt was gelegen in het "vrij duur zijn" van de eerste levensbehoeften. WATERSTAAT De boorden van het Helders kanaal werden "van de Windsteeg tot de Botbrug langs de zuidzijde van de Achtergracht met glooiingen van Vilvoordschen steen voorzien". De maanden oktober, november (vooral) en december waren "zeer stormachtig", maar de zeewering ondervond daar geen schade van. WEGEN "De gemeente heeft een gedeelte van den weg tusschen Helder en Huisduinen, in aansluiting met den straatweg aldaar, hard gemaakt. Voorts werd een gedeelte van de Achterbinnenhaven bestraad en van een gemetseld riool voorzien". Ook werden in de Nieuwstad (een soort dorp binnen de stad van veelal zelfgebouwde krot ten, zoals je nu wel in de Derde Wereld ziet), waar nu ongeveer de Visbuurt is, gemetselde riolen aangelegd. Daar was een proces van ver betering op gang gekomen. LANDBOUW EN VEETEELT "Overvloed van gras en hooi, geene ernstige ziekte onder 't vee, vlugge handel in vee en kaas met steeds stijgende prijzen, opheffing der beperkende bepalingen op den invoer van scha pen in Engeland". Dat ging dus goed, maar er waren ook enkele minder gunstige omstandig heden: "veelvuldige regens en 't stormachtige weder in het laatste gedeelte des jaars en de daarop gevolgde hooge waterstanden. Daardoor werd eerst de oogst van hooi en van andere producten belemmerd en later de staltijd ver vroegd". NIJVERHEID, HANDEL en SCHEEP VAART Ch. Bosch Reitz kreeg provinciale toestemming "om de thans in zijne grofsmederij geplaatste stoommachine te vervangen door eene van meerder stoomvermogen"en de gebroeders Janzen mochten bij "het verdiepen van een gedeelte van het Noordhollands kanaal gebruik gaan maken van een stoombaggermachine". Visserij Door vissers van elders werden aan de Helderse afslag verkocht: 12.630 stuks kabeljauw, 418.768 stuks schelvis, 233 stuks heil- en tar bot, 26.643 stuks tong, 14.954 stuks rog en 1.723 stuks schol. De totale opbrengst daarvan was 74.093. "Bovendien zijn nog belangrijke hoeveelheden aangevoerd, die niet aan den afslag zijn ver kocht. Meer en meer begint de belangrijkheid

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Levend Verleden - Den Helder | 1996 | | pagina 34