«9
dat Cees Dito met Jan Kuiper, Izaak van 't Hert
en J. Smeets begin juli 1865 voor de kust ter
hoogte van Petten rondzwalkte in de hoop een
schip te kunnen praaien om hun diensten aan
te bieden, toen ze plotseling werden overval
len door een windhoos. De vlet sloeg om, de
mannen raakten te water en omdat er geen hulp
voorhanden was besloten Dito en Kuiper naar
het strand te zwemmen, een afstand van zo'n
tweeduizend meter. "Aan één van hen - C. Dito
- gelukte dit, zijn makker J. Kuiper, een huis
vader, die eene zwangere vrouw met nog 5 kin
deren nalaat, vond echter op jammerlijke wijze
zijn dood in de golven. Dito begaf zich, aan
wal gekomen, naar het naburige Petten, van
waar men met een boot de beide andere sloe-
perlieden J. Smeets en I. van 't Hert, nog tijdig
aan het dreigende gevaar ontrukte." (Weekblad
voor Den Helder/Nieuwediep, zondag 2 juli
1865). Volgens Heeroma zou de 38-jarige Jan
Ysbrandsz. Kuiper verdronken zijn omdat hij
te lang gewacht had zich van zijn nieuwe onder
goed en laarzen te ontdoen. Anthony van
Kampen wist zelfs te vertellen dat Jan twee
dagen tevoren van z'n oom Hein, die na jaren
afwezigheid weer eens was komen opduiken in
de Artilleriestraat "een paar splinternieuwe
hoozen, een rood baaien hemd en een onder
broek, die volgens den gever vijf-en-twintig
jaar mee kon, had gekregen." 9) Maar Van
Kampen schreef een roman. Hij deed dat met
veel verve doch hield zich niet altijd aan de
feiten: "Cees Dito zocht lang naar z'n maat,
geholpen door van 't Hert. Ze vonden alleen
een rood baaien hemd. Twee dagen later spoelde
bij Petten een laars aan en nog een dag later
Jan Kuiper zelf....." In de brief van de burgemees
ter van Petten aan Cornelis Dito, sloeproeier te
Helder, gedateerd 9 juli 1865 staat echter:
Hedenmorgen ten 9 ure is alhier op het strand
bij het dorp uit Zee een lijk aangespoeld, van
tamelijke lengte, het haar donker blond en dito
ringbaard, aanhebbende een nieuw roodbaaij-
en hemd op het lijf en daarover een oud rood-
baaij hemd, vervolgens een blaauw gestreepte
katoene boezereoen, een blaauw baaijen onder
broek waarover een dito roode oude broek, ver
der nog met witte wollen kousen en vetleeren
laarzen even over de kuit komende, benevens
een leeren riem om het lijf, het aanzicht was
eenigszins verwond. Daar volgens het ingewon
nen berigt en opgegeven kenteeken het zeker
is dat dit het lijk van den persoon van Kuiper
die op 29 Juni alhier verongelukt is zoo geef
ik U met deze kennis daarvan met vriendelijk
verzoek daarvan de vrouw van Kuiper kennis
te geven en ook met zekerheid te weten te
komen of het werkelijk het lijk van Kuiper is
daar zulks voor de nabestaande belangrijk is.
Ik heb het lijk doen kisten en wenschte zoo
spoedig mogelijk alhier op het Kerkhof het lijk
ter aarde te bestellen en wel morgen ten 12 uren,
wees zoo goed zulks aan de familie kenbaar te
maken, opdat een en ander ter hunner kennis
komt. Met de Stoomboot zende ik U dit berigt
om de noodige maatregelen te kunnen nemen
voor morgen. De Burgerm. van Petten 10)
De toevallig in Den Helder aanwezige Antwer
penaar Jacob Karsman poogde nog een fonds
te vormen voor de weduwe van Jan Kuiper,
moeder van de later als grootmensenredder
bekend geworden Janus (Adrianus Ysbrand)
Kuiper, maar meer dan f 125,- kreeg hij niet
bij elkaar. 11) Een commissie bestaande uit de
heren G. A. Taylor, K. van Vliet, J. D. Jacobs
en J. C. Wiekei bracht nog eens f 144,61 bij
een. Gelukkig hertrouwde de weduwe al snel
met de legendarische Dorus Rijkers, de "koning
der Blauwe Zeeridders. Terwijl Dito zijn vlet
vrijwel ongehavend uit de windhoos terugkreeg
verspeelde hij het vaartuig twee jaar later (21
april 1867) toen hij "behulpzaam was bij het
afbrengen van het bij Texel gestrande schip
"Baron van Pallandt van Rozendael". Bij
pogingen het schip de haven binnen te bren
gen werd "Zowel het zeeschip als zijn eigen
sloep uit elkander geslagen". Er werd zoals
gebruikelijk in die dagen, een inzameling
gehouden, teneinde de onfortuinlijke vletter-
man aan een nieuwe vlet te helpen. 12)
EMMA