HET GEMAAL HELSDEUR
HELSDEUR HEET HET GEMAAL.
Heisdeur, de naam van het boezemgemaal bij
Den Helder, heeft een grimmige klank. Deze
naamgeving blaast bovendien een historisch
begrip nieuw leven in. De in 1971 uitgegeven
topografische kaart van het Departement van
Defensie (blad 9D) geeft de naam "Heisdeur"
aan de diepe geul, die het Schulpengat met het
Marsdiep ter hoogte van Kaaphoofd verbindt.
Het zijn vooral kaarten van jongere datum
waarop dit turbulente stuk zeewater als Heis
deur wordt aangeduid.
Een grimmige klank. Geen wonder, want juist
op deze plaats heeft de zee in vroeger eeuwen
het nauwelijks beschermde land bij herhaling
zwaar geteisterd. Oude kaarten laten zien, dat
de betrekkelijk primitief aangelegde dijken
steeds verder landinwaarts kwamen te liggen.
Juist ter plaatse van de Heisdeur is de uit-
schurende werking van de eb- en vloedstroom
door het Marsdiep altijd bijzonder groot ge
weest. De Helderse Zeewering bij Kaaphoofd,
waar de onderzeese oever tot een diepte van
bijna vijftig meter werd uitgeslepen, heeft
Rijkswaterstaat door de jaren heen veel hoofd
brekens gekost. Ook nu de zeewering is gere
construeerd en op Delta-hoogte is gebracht,
blijft waakzaamheid geboden.
Het is merkwaardig - en misschien wel echt
"Nieuwedieps" - dat de naam Heisdeur voor
die grimmige waterpoort nooit tot de volks
mond in Den Helder is doorgedrongen.
Misschien getuigt dat van de behoefte aan een
sober en nuchter taalgebruik. De Helderse
Zeewering heet gewoon "de dijk" en de licht
toren bij Huisduinen pleegt door een ieder "de
vuurtoren" te worden genoemd. De rijkszee
haven "Het Nieuwediep" is "de haven" en de
veerboten van Texels Eigen Stoomboot Onder
neming worden uiterst praktisch aangeduid als
"de Texelse boot". Het blijkt in Nieuwediep
(troetelnaam voor Den Helder) geen gewoon
te te zijn, troetelnaampjes te geven aan zaken,
die bij de dagelijkse dingen des levens beho
ren.
Maar dat wil niet zeggen, dat al die nuchtere
namen als Dijk en Vuurtoren, Wierhoofd en
Kuitje, Windwijzer en Ringmuur geen roman
tische gedachten bij de Nieuwediepers kunnen
oproepen. Ook deze nuchtere noorderlingen
kennen hun fantasieën, zeker wanneer zij als
kind aan de waterkant hebben gedwaald en
krabben hebben "getukt" tussen de rondgesle-
pen Noorse stenen van de glooiing aan de Dijk.
De naam "Heisdeur" zegt de Nieuwedieper
echter niets. De veronderstelling, dat de naam
van zijn stad wel eens kan zijn afgeleid van
"Aan den Heisdeur", vermag hem nauwelijks
te beroeren. Het is een verleidelijke veronder
stelling maar zij schijnt onjuist te zijn. Ten stad-
huize van Den Helder heerst de opvatting, dat
de naam "Den Helder" een typisch voorbeeld
is van de zogenaamde "Hei-namen". Het woord
"hel" duidt in dit verband iets aan, dat ten noor
den van een bepaalde plaats is gelegen. Het
oorspronkelijke "Helder" was gelegen ten noor
den van het (oudere) Huisduinen. Vandaar. Het
zou in vroeger tijden Helnere of Hellere (ook
wel Hallere) hebben geheten. Het lidwoord
"Den" is er later bijgekomen, maar is een tijd
lang in onbruik geweest.
Het Hoogheemraadschap van de Uitwaterende
Sluizen in Kennemerland en West-Friesland
heeft nu een nieuwe "Heisdeur" geopend en
daarmee niet alleen een historisch begrip doen
herleven, maar ook de nadruk gelegd op de
betekenis van het project. Het is geen naam
zonder meer. Evenals de oorspronkelijke Heis
deur betrekking had op de eeuwige strijd tus
sen de mens en de zee, verwijst de naam van
het nieuwe gemaal naar een aspect van deze
32