31
T
terlui die hun leven waagden moesten met brons
volstaan. De laatst genoemden echter kregen,
volgens de krant van 4 mei 1883, ieder tien
gulden beloning van de reddingmaatschappij.
Voor de nagelaten betrekkingen van de zes
omgekomen redders werd door de redding
maatschappij 1.200,- uitgekeerd. 13)
N.B. De auteur dankt de heer L. Deugd van de
Stichting Wraksys, Postbus 142, 1780 AC Den
Helder, voor zijn hulp bij het verkrijgen van de
gegevens.
Noten:
1't Vliegend Blaadje (voorloper Helderse
Courant) 4-12-1882.
2. 't Vliegend Blaadje 8-12-1882.
3. A. van Kampen, Stormnest, Den Helder,
1945, blz 226.
4. Archief Kon. Noord en Zuid Hollandse
Reddingmaatschappij
Correspondentie Station Den Helder na
1909
5. De Reddingboot, tijdschrift van de
KNZHRM no: 122, 1977, blz 618 (spe
ciale uitgave over Dorus Rijkers).
6. A. van Kampen, blz 234.
7. Jaarverslag KNZHRM 1883.
8. Jaarverslag KNZHRM 1883.
9. A. van Kampen, blz 236.
10. 't Vliegend Blaadje 15-19-22 december
1882.
11. 't Vliegend Blaadje 5 januari 1883.
12. 't Vliegend Blaadje 10 april 1883.
13. Jaarverslag KNZHRM
J.T. BREMER
Sleepboot Amsterdam van Zur Muhien in de Helderse binnenhaven.
