45 kanaal werd verder uitgediept en de taluds "tus- schen de Postbrug en de Molenbrug, aan de zijde van den Kanaalweg en tusschen de Molenbrug en de ijzeren draaibrug bij de Nieuwe kerk langs de Molengracht" werden van een steenglooiing met Vilvoordsche steen voorzien. In 1866 regende het veel meer dan gemiddeld, zo stelde het Metereologisch Laboratorium vast. WEGEN "Het gemeentebestuur heeft den Polderweg, loopende van de Molenstraat naar het spoor wegstation, lang 370 el, laten bestraten". In de Polderweg moest een gemetseld riool komen, wat voor 11.495 werd aanbesteed. "De sectie Helder-Alkmaar van den Noord- hollandschen Staatsspoorweg, waarvan op den 20sten December 1865 de exploitatie is aange vangen, heeft, met inbegrip van het geheele sta tion te Alkmaar, een lengte van 42.304 el (42.3 km). Het onderhoud der baan vereischte voort durend buitengewone krachtsinspanning en een groot aantal arbeiders". Voor deze dienst, op smalspoor, werden door de Hollandsche IJzeren Spoorwegmaatschappij vijftien locomotieven van R. Stephenson Co. te Newcastle en tien locomotieven van A. Borseg te Berlijn aangeschaft en in dienst gesteld. Gereden werd met in totaal 184 rijtui gen met 7.465 zitplaatsen (925 le klasse, 1200 2e klasse en 5340 3e klasse) en 192 wagens. LANDBOUW EN VEETEELT Een besmettelijke veeziekte veroorzaakte grote verliezen in het zuidelijk deel van de provin cie; in het noordelijk deel viel het gelukkig mee. Wel was de oogst niet zo best in verband met het aanhoudende natte weer; ook de aardap pelziekte eiste zijn tol door de overvloedige regen was die "sterk ontwikkeld". Daartegen over stond een zeer gunstige zuivelproduktie omdat er een "rijke overvloed van" gras was. Hoewel de prijzen wat lager uitvielen waren de veeboeren zeer tevreden. NIJVERHEID, HANDEL EN SCHEEP VAART. In de Kamer van Koophandel en Fabrieken wer den C.W. Strijen en J.E. Janzen (buitengewo ne aftreding) vervangen door P. Duinker Jr. en PC. van der Meulen; slechts weinig van 263 kiesgerechtigde leden namen deel aan de stem mingen. Aan fabrieken telde Helder zeven stuks: de gas fabriek met zes arbeiders a 8 per week, de houtzaagmolen met drie arbeiders a 7,50, de koren- en trasmolen twee arbeiders a 7 en een jongen voor twee gulden), twee scheeps timmerwerven (geen nadere gegevens), de ijzer en kopergieterij en grofsmederij van Mr C. Bosch Reitz met acht arbeiders 5-ƒ 16) en zeven jongens a 1,50, alsmede de visdroge- rij met een arbeider, die vijf gulden per week verdiende. J. Waldemaeir, korenmolenaar, kreeg een con cessie van het provinciebestuur om in zijn molen "het Fortuin' een poetsmachine te plaat sen, "tot het reinigen en het breken van graan, en een builmachine tot het builen van gemalen graan".

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Levend Verleden - Den Helder | 1995 | | pagina 21