24
7 november "De Noordsche brik Gausta, kapt.
Scheen, met hout, komende van Drammen.
Twee man van de equipage zijn omgekomen;
de overige zijn gered".
BRANDEN
Afgebrand zijn drie woonhuizen, oorzaak:
onvoorzichtigheid. Twee huizen waren verze
kerd, schade respectievelijk 3000 en 6000
(huis met stal en schuur). Ingezet werden de
gemeente-brandspuiten, alsmede twee van oor
logsschepen. Het derde huis was niet verzekerd,
er werd wel een spuit ingezet en de schade
beliep ongeveer 275.
WATERSTAAT
Door de Koopvaarderssluis te Nieuwediep gin
gen uitgaand: 431 zeilschepen (291 met lading
en 140 met ballast), alsmede 164 stoomsche
pen (101 met lading en 63 met ballast) van
Amsterdam; van Purmerend Alkmaar Koger-
polder 18 in lading en 184 in ballast; van de
Helderse binnenhaven 414 in lading en 10 in
ballast, totaal 1219. Binnenkomende scepen in
totaal 1523; dat is 127 zeilschepen en 21 stoom
boten meer dan in 1861.
Door de hulpsluis in het Nieuwediep werden
ook nog eens 3060 binnenschepen geschut
(1861: 3269), waarvan 102 met "kruid" gela
den. Door de dubbele wipbrug over de
Koopvaardersbinnenhaven voeren in 1862: 217
schepen, waarvan 112 naar en 105 van het mari
tieme etablissement Willemsoord.
"Over het Heldersch kanaal zijn, ter vervanging
der Botbrug en de rolbrug nabij het Kerkplein te
Nieuwediep, gebouwd twee ijzeren draaibruggen
op gemetselde landhoofden met eene doorvaart-
wijdte van 7 el (meter). Bij de Schippersteeg is
langs het kanaal een houten aanlegsteiger, lang 12
ellen, breed 5,50 el, gemaakt".
"De in 1861, behoudens het eigendomsregt van
den Staat, door de provincie Noord-Holland in
genot en beheer genomen duinen, gelegen tus-
schen Kijkduin en de grensscheiding der
gemeente Callantsoog, zijn op den 11 Februarij
1862, voor den tijd van 2 jaren verpacht in drie
perceelen, om met schapen en geiten te worden
beweid". Dat bracht 287 op voor die twee jaar.
LANDBOUW
Veehouderij en zuivelbereiding waren minder
gunstig in verband met "het niet bijzonder mime
grasgewas, de min voordeeligen hooioogst, het
algemeen heerschen van de zoogenaamde tong-
blaar". De ziekte tongblaar leidde er toe dat de
koeien minder of geen melk gaven en als ze wel
wat gaven werd die melk geoordeeld schade
lijke bestanddeelen te bevatten"; tongblaar had
ook vaak "mond en klauwzeer' tot gevolg. De
Helderse veestapel omvatte 233 paarden (140
minen, 65 meniën en 28 veulens), 867 runde
ren (36 stieren, 797 koeien en 34 kalveren), 2077
schapen/lammeren, 60 varkens, 14 bokken en 20
geiten. Vanuit de Helderse haven werden 1094
runderen en 22.181 schapen/lammeren, alsmede
392.296 kilo kaas naar Engeland geëxporteerd.
VISSERIJ
"De waarde van de te Helder ter afslag aange
bodene visch, welke buitengaats en door elders
wonende visschers is aangebragt, wordt opge
geven als volgt: kabeljaauw 11.542, schel-
visch 12.037, groote schol 2.913, kleine
schol 2.730, bot 5.200, rog 2.700, pan
haring 3.820, tarbot/scharren/tongen 3.816.
Totaal 44.758 (1861: 74.889).".
"Aan den Helderschen Zeedijk werd opgevischt
en gedroogd 1100 Nederl. ponden wier, welke
afgeleverd werd tegen 2,5 cent per pond". De
schelpenvisserij te Huisduinen leverde 20 kub.
ellen op en uit de oesterbewaarplaatsen werden
600.000 stuks verkocht tegen gemiddeld 14
per 1000.
HANDEL/NIJVERHEID/SCHEEPVAART
Nieuw opgericht is de fabriek van de gebroe
ders Snater, waar men hout creosoteerde met
een stoomketel van 10 PK.
De heren C.Giltjes en CWK van Strijen kwa
men in het bestuur van de Helderse Kamer van
Koophandel en Fabrieken in plaats van D.
Bakker Bz. en N.Vennix.
De Helderse import omvatte weer vooral steen
kolen uit Engeland en hout uit Scandinavië,
maar was wat minder dan in 1861. Op de twee
scheepswerven werden twee schokkers van
ieder 43 ton gebouwd.