Bedorven Er werd een vaatje kajuitsbier bovengehaald, maar een tweede werd weer terug in het luik gegooid. De commandeur had er al voor gezorgd, dat niemand bij de sterke drank kon komen, zodat men zich daaraan niet te buiten kon gaan en daardoor nog meer wanorde zou veroorzaken. Uit het ruim kon men verder niets meer halen; de victualie was bedorven en de vaten donderden van de ene kant naar de ande re, zodat men daartussen zou verpletteren. Hoewel het schip al 20 voet diep lag, had men het nog in zijn macht. Men zag een loodsschuitje in de buurt en liet de noodsjouw van achter de vlaggestok waai en, maar het loodsschuitje bleek zelf in moei lijkheden te verkeren en kon geen hulp verle nen. De commandeur zei nu: „Hoor mannen, mensenhulp is gedaan. God moet ons helpen, maar wij zullen alles doen wat in ons vermo gen is om het naderhand voor God en mensen te kunnen verantwoorden". Toen men het schip naar het loodsschuitje draai de haalde het zo geweldig overzij, dat iedereen dacht gelijk naar de eeuwigheid te gaan. Het scheepsvolk smeekte: „Ach lieve commandeur, heb medelijden met ons en met uzelf. We moe ten de masten kappen, anders valt het schip om". Maar commandeur en stuurman durfden nog wel de kat uit de boom te kijken en daarom zeiden zij: „Gedenk niet, mijn lieve volk, dat wij ver vreemd benne van medelijden en begrijp wat het is om de masten te kappen. Mannen, man nen, het valt mij hard; heden een schip en straks een wrak, het is zo wat te zeggen. „Maar in Gods naam, nood breekt wet, ik zal uwlie- den zin doen. Timmerman, geef bijlen". En de commandeur nam zelf een bijl en kerf de de grote mast en de stuurman het want. Daarna ging de fokkemast er aan, maar de bezaanmast behielden zij nog; de hele boel ging overboord. Er bleven nog twee sloepen aan stuurboord in de grondtouwen hangen en er stonden twee sloepen „op de last", waarvan de bovenste nog heel was, maar waarvan de onder ste te pletter was geslagen doordat een stuk van de grote ra er op was gevallen. Hoogerduin gaf bevel om met alle vlijt op de overgebleven sloepen te passen. Verder liet hij alle stro en ruigte uit de kooien halen en over boord werpen, hoewel dat niets hielp. Hij liet het moede volk af en toe een beetje wijn drin ken en een stukje kajuitbrood eten. Maar van sterke drank had hij zich ontdaan, hoewel nie mand er naar taalde, uitgezonderd één man, Klaas Wink. Deze had gezien, dat de com mandeur brandewijn uit een half anker haalde voor de man met de gebroken arm en toen nie mand op hem lette, omdat iedereen het te druk had, had hij zich dronken gezopen Aan lager wal In de namiddag begon het weer iets te bedaren en ontdekte men het land en wel aan lager wal, zonder hoop op een behouden aankomst. De commandeur zag de algemene verslagen heid en sprak het volk opnieuw moed in: „Kom aan vrienden, laat de moed niet zakken. Ieder overdenk eens bij zichzelf wat het best in deze hachelijke nood gedaan moet worden". Ieder wilde echter wat anders. Nadat de com mandeur naar iedereen geluisterd had, zei hij: „Hoor, mijn waarde volk, ik weet, gij bent mij allen dienstbaar geweest deze hele reis. Ik heb geen klagen over uw gehoorzaamheid. Gij hebt als brave zeelieden uw plicht gedaan. Ik twij fel niet dat gij allen moet bekennen, dat ik mij als een zeeman heb gedragen en altijd het best voor mijn heren en meester als ook dat van volk heb gezocht. Dat doe ik nog steeds. We moeten maar als dappere lieden alle zeeman schap aanwenden. We zitten er nu eenmaal in en moeten er met Gods hulp door. Daarom, gedraag u kloekmoedig in dit gevaar. Het lijkt mij het beste om te ankeren". De bemanningsleden waarvan enkele hadden gevraagd om het schip op het strand te zetten, riepen nu al schreiende: „Het is zoals gij zegt, mijn lieve commandeur. Maar o God, comman deur, daar komt zo'n nare nacht aan". De com mandeur zei echter: „Ik stem toe, de nacht kon wel eens naar zijn, maar als brave zeelieden zijn wij verplicht om voor onze heren en meesters en ook voor ons zelf alles te doen wat onze hand

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Levend Verleden - Den Helder | 1994 | | pagina 16