BEDRIJVIGHEID IN DEN HELDER
44
en de Oostzee "geligt" [en met kleinere sche
pen of vlotten verder getransporteerd]. De han
del in "Noordsch hout" [uit Zweden en
Noorwegen] heeft zich, evenals de steenkolen
handel [uit Groot-Brittannië], grotendeels uit
Amsterdam naar Den Helder verplaatst. C. en J.
Avis krijgen toestemming om een tweede boot
in de vaart te brengen voor hun stoomboot-
dienst tussen Zaandam en het Nieuwediep.
ARMWEZEN
In het algemeen is de armoede in 1859 niet toe
genomen, als gevolg van de lagere prijs van
levensmiddelen en "voortdurend werk voor den
arbeidsman tegen hoogere dagloonen dan vroe
ger". Voor Den Helder gaat dat niet helemaal
op, zoals we gezien hebben. Wel zou in deze
plaats "met het einde van 1859 de bestaande
werkinrigting worden opgeheven". Bij de parti
culiere beleenbank zijn meer panden beleend en
gelost dan in 1858. Vermoedelijke oorzaak is
volgens het provinciebestuur "de aanwezigheid
van een groot getal arbeiders bij rijkswerken".
Van de hand van ons medelid Marinus Vermoo-
ten verscheen bij de negentigjarige kantoor
boekhandel en drukkerij Egner (ook lid) een
nieuwe publikatie genaamd "Bedrijvigheid in
Den Helder".
Het boek bevat een interessante revue van
ongeveer 90 bedrijven die met meer of minder
succes het aanzien van de stad bepaalden. De
ups en downs die de welvaart begeleiden wor
den hierin op prettige wijze in beeld gebracht.
Allerlei ondernemers worden beschreven van
visserij tot scheepsbouw, van kleding- en
schoenzaken tot brood- en banketbakkerijen,
van aannemers tot bankiers.
Vermooten wandelt met de lezer langs de
grachten en straten van de stad en vertelt van de
ondernemers en hun families.
ONDERWIJS
De schoolopziener keurt de openbare lagere
school te Huisduinen af omdat het schoollokaal
schadelijk voor de gezondheid is, dan wel
onvoldoende ruimte biedt. Dat alle kinderen in
één lokaal zaten was toen heel normaal.
Onvoldoende ruimte in de schoollokalen is
trouwens een meer algemeen probleem in het
Helder van 1859, in verband met de groei van
het inwonertal en de zuinigheid van het
gemeentebestuur.
Het Koninklijk Instituut voor de Marine (KIM)
te Willemsoord telt: voor de zeedienst: 3e stu
diejaar: 29 adelborsten, 2e studiejaar: 40 en le
studiejaar: 44; voor het corps mariniers: 4; voor
de scheepsbouw in Nederland 3 en voor die in
O. Indië ook 3 adelborsten. Totaal: 123. Aan de
lagere industrieschool (van 't Nut van 't
Algemeen) hebben 47 jongelingen met goed
gevolg onderwijs genoten. De tekenschool
heeft dit jaar 44 leerlingen en de zeevaartschool
van J. Leijer: 24, waarvan vier met succes in
Amsterdam examen doen.
Zo ontmoeten wij Heinrich Egner in de Keizer
straat, stalhouderij Thijssen in de Spoorstraat,
het schildersbedrijf Hoogerduyn (één van de
oudste alhier gevestigde bedrijven) en veel
anderen. Een volledige opsomming is in dit
korte bestek niet mogelijk maar we missen
toch één van onze oudste banketbakkerijen die
in 1860 aan de Bassingracht werd gevestigd en
nu succesvol in de Beatrixstraat door de vijfde
generatie wordt voortgezet!
Evengoed feliciteren wij de schrijver met zijn
nieuwste werk (dat naar meer doet verlangen!)
en vertrouwen dat velen van dit fraai uitgege
ven en interessant geïllustreerde boek kennis
zullen nemen.
M.M.J.H.