SCHEEPSWERVEN AAN HET NIEUWEDIEP (4)
27
Werf 'De Eikenboom' - "de Lastdrager"
Toen keizer Napoleon in oktober 1811 een
bezoek bracht aan de fortificatiën en aan de
havenfaciliteiten van Den Helder, werd zijn
aandacht getrokken door het havengedeelte,
waar de werven lagen van Korff en Van
Westerholt. Op last van de keizer moesten
deze complexen worden onteigend (zie hier
over ook pag. 53 in "Levend Verleden", vijf
de jaargang nr. 2). Zowel baron Van Wester
holt als Andries Korff verlangde compensatie
voor deze onteigening. Ondanks een financië
le schadeloosstelling wilde Korff zijn bedrijf
nog enige tijd voortzetten.
Aangenomen mag worden dat de inspecteur der
Domeinen zich hier tegenover welwillend heeft
opgesteld. Blijkens een akte van 11 april 1832
lag hier toen een werf. Op de vermelde datum
gingen de genoemde inspecteur, Willem Karei
van Gennep en de Helderse "commissionaris-
sen" Hooglant en Van Herwerden voor onbe
paalde tijd een overeenkomst aan waaruit blijkt
dat "nagenoeg tegen de berastering van het
Maritiem Etablissement Willemsoord zuidzijde"
een stuk grond was gelegen dat bestemd was om
"te worden gebezigd tot eene scheepstimmer
werf en nimmer tot eenig ander bedrijf of nering
van wat aard ook zal mogen dienen". Het per
ceel mocht zonodig worden omringd door een
rasterwerk of omheining en mocht geen andere
uitgang hebben "dan aan den kant van het
Noord-Hollands kanaal en geen sints aan den
kant der haven van het Nieuwediep". Noch
geheel noch gedeeltelijk zou het perceel mogen
worden verhuurd anders dan onder expresse
voorwaarden van geen ander bedrijf dan dat van
scheepstimmerman te mogen uitoefenen. De
werf besloeg een oppervlakte ter lengte van 85
ellen en ter gemiddelde breedte van 22 ellen,
terwijl de jaarlijkse huur 25,- bedroeg; jaar
lijks uiterlijk op den laatsten december te vol
doen "in contant geit en geenzins papieren".
Het voltallig personeel van Scheepswerf "de Lastdrager"