BUIT VAN KRIEGSMARINE IN 1916 IN BESLAG GENOMEN 137 Keizerstraat lag een sloot als open riool, waar alle w.c.'s op uit kwamen. Maar de stad Helder groeide. Koopvaardij en lijndiensten naar Indië namen in omvang toe, en de Marine breidde zich uit met allerlei mari neschepen. De buurten rond het station, dat zelf in 1861 was gebouwd, werden bebouwd. In de Helderse Courant van 30 april 1876 werden bouwterreinen aangeboden aan de Koningstraat, Keizerstraat, Spoorstraat, Wezenstraat, Gravenstraat en Schagenstraat. "De percelen in de Gravenstraat zijn, wat koop prijs betreft, zeer geschikt voor kleine woon huizen", aldus de adverteerder P. Duinker, die er natuurlijk niet bij vertelde dat de huizen op het bestaande weiland werden gebouwd, zonder behoorlijke ondergrond en riolering. Jan nam de bakkerij van zijn vader over en deze bedankte, door een advertentie in de Helderse Courant op 12 juni 1885, al zijn klan ten "voor de gunst, zo ruimschoots gedurende vele jaren genoten", en hij beval zijn zoon als opvolger aan. De wekelijkse omzet van de bak kerij was toen 35 zak witbrood, en ca. 20 zak rogge. Nog steeds waren turf en houtmot van de Rijkswerf de goedkoopste brandstof om de ovens op te warmen. In 1888 betaalde Jan voor 22.000 lange turf f 92,50. Een aangeschaft col- bertpak in datzelfde jaar kostte hem f 42,- en een paar schoenen f 22,25. In 1890 noteerde hij "4 huizen in de Gasstraat geschilderd f 16,34". Een aardig beeld van de lonen geven ons de volgende gegevens: 0,5 dag mest rijden f 5,-; 0,5 dag een arbeider f 0,60; 0,5 dag man met paard en wagen f 1,50. In Den Helder rond 1900 waren zo'n twintig kleine bakkerijen. De onderlinge concurrentie was dan ook groot en ieder probeerde klanten voor zich te winnen. Het was hard werken en weinig verdienen. Vanuit deze situatie kwamen vijf bakkers bijeen, om eens te praten over samenwerking. (Wordt vervolgd) C.J.G. HOOGENBOSCH De Batavier II en de Zeemeeuw Gedurende de Eerste Wereldoorlog (1914- 1918) werden door de Duitse Kriegsmarine veertien Nederlandse schepen - twaalf vrachtschepen en twee sleepboten - in beslag genomen en verbeurd verklaard. Die sche pen hadden volgens de Duitsers goederen aan boord die bestemd waren voor een geal lieerde haven. Zo werd op 26 september 1916 het stoomschip BATAVIER II - eigendom van de Ned. Stoomboot Mij., groot 1320 ton en gebouwd in 1897 - tijdens haar reis van Rotterdam naar Londen door de Duitse onderzeeboot UB 6 aangehouden. Nadat de papieren waren gecon troleerd, kreeg de gezagvoerder te horen dat zijn schip voor verdere controle werd opge bracht. Met een aantal zwaar gewapende Duitse matrozen aan boord stoomde het daama naar Zeebrugge. Na een ingesteld onderzoek kreeg de kapitein te horen dat de BATAVIER II in beslag werd genomen. De bemanning werd per trein naar Nederland teruggestuurd.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Levend Verleden - Den Helder | 1993 | | pagina 41