VerHuell: admiraal van Napoleon
Het gedrag van VerHuell als "admiraal van
Napoleon" en "verdediger van de marineba-
sis Den Helder" in 1813 is zeer omstreden.
Was het geen landverraad om trouw aan
Napoleon te blijven toen de Prins van Oranje
- de nieuwe souverein - al in het land was en
de meeste Fransen al waren vertrokken?
Held of verrader? Of is die tegenstelling
onjuist?
De figuur van VerHuell wordt door L. Turksma
nader belicht in een zojuist bij de Walburg Pers
in Zutphen verschenen biografie onder de titel
"Admiraal van Napoleon: het leven van Carel
Hendrik graaf VerHuell, 1764-1845". Deze in
1764 te Doetinchem geboren telg uit een
aanzienlijk Gelders geslacht trad al op 15-jarige
leeftijd in marinedienst. Hij nam deel aan de
Slag bij Doggersbank (5 augustus 1781) en was
sindsdien voor de rest van zijn leven overtuigd
anti-Engels.
Met vele andere zeeofficieren werd VerHuell in
1795 bij de stichting van de Bataafse Republiek
ontslagen. De mislukte Engels/Russische inva
sie van 1799 versterkte zijn anti-Engelse gezind
heid, maar ondermijnde tevens zijn vertrouwen
in de Oranjepartij, die zich volgens hem te
defaitistisch had gedragen.
In 1802 werd VerHuell, als opvolger van zijn
vader, burgemeester van Doetinchem. Een jaar
later aanvaardde hij het ambt van "Com
missaris-generaal voor de zaken der Marine bij
den Eersten Consul Bonaparte".
Aan de hand van Bonapartes instructies bracht
hij de Bataafse marine in gereedheid om als
eskader van de Fransen deel te nemen aan een -
nooit uitgevoerde - invasie in Engeland. Al
gauw bleek dat VerHuell bij Napoleon in de
smaak viel; ze deelden een anti-Engelse overtui
ging en waren beiden begiftigd met een groot
organisatievermogen.
VerHuell, in 1804 benoemd tot vice-admiraal,
werd een jaar later op last van Napoleon door
Schimmelpenninck als minister van Marine aan
gesteld. Bij de val van raadspensionaris
Schimmelpenninck in 1806 was VerHuell ten
nauwste betrokken, o.a. door een brief recht
streeks aan Napoleon.
Turksma meent echter dat VerHuell, hoewel hij
de keizer in de kaart speelde, niet van tevoren
met diens plannen instemde en er zich pas bij
neerlegde toen bleek dat de alternatieven nog
slechter zouden uitpakken.
Onder Lodewijk Napoleon bleef VerHuell
aanvankelijk in functie, maar hij werd ontslagen
toen bleek dat hij Napoleon had ingelicht over
de gebrekkige toepassing van het Continentale
Stelsel in ons land. VerHuell ging - als gezant -
naar Parijs (1807-'09), waar hij zo hartelijke
betrekkingen onderhield met koningin Hortense
(die haar man Lodewijk Napoleon verlaten had)
Carel Hendrik VerHuell op een litho van
F.H. Weissenbruch