11
sfeer tussen "oud" en "nieuw" is zeer duidelijk.
Het hele terreintje kan een opknapbeurt gebrui
ken, bijvoorbeeld verwijdering van de voedsel
rijke grond; in ieder geval is het nodig dat in
overleg met de huidige eigenaar en gebruiker
voorkomen wordt dat gestorte grond en ander
materiaal geleidelijk het hele valleitje zal gaan
bedekken.
De historische en biologische betekenis van de
Garst rechtvaardigen het alleszins om dit tot nu
toe aan de aandacht ontsnapte gebiedje veilig te
stellen tegen verdere aantasting.
Aangehaalde literatuur:
Belonje, J. Helderse Courant 2 jan. 1932
Westenberg, J., 1961,. "Oude kaarten en de
geschiedenis van de Kop van Noord-Holland".
Verhand. Kon. Acad. v. Wetenschappen, Ams
terdam.
Schoorl, H., 1969, "Isaac Le Maire, Koopman
en Bedijker", 224 pp, Haarlem
Schoorl, H. 1973, "Zeshonderd jaar water en
land", 534 pp, Wolters, Groningen
Belonje, J. 1974, "Het Koegras", 91 pp, uitga
ve Egner Den Helder.
Bremer, J.T. en H. Schoorl, 1983, "Volk aan het
Marsdiep", 120 pp, Pirola, Schoorl.
Schoorl, H., 1988, "Kustgenese-Kust genezen?"
in "Kust en Kaart", Pirola, Schoorl.
Fig. 4:
De Garst met grotendeels afgedekte bunkers (R. Bekius, 1991):
1. eikvaren
2. droge helling met muurpeper
vochtig valleitje met o.a.
3. kruipwilg en 4. rietorschis
5. duinriet en ringelwikke
6. duindoorn:
grens waarbinnen gestorte grond en bouwmaterialen