andering Nieuweweg-Langevliet blijft maar zeer onlogisch... DE SCHOOTEN Voor de tweede wijk buiten de linie is de naam van een vroeger ter plekke in het waddengebied liggend binnenduin gekozen: De Schooten. Die werd ook gegeven aan de belangrijke verbin dingsweg met de stad: de Schootenweg. Hier wordt een loffelijk streven zichtbaar: het ontruk ken van de historische aardrijkskundige namen aan de vergetelheid. Dat is ook het geval met de Torplaan, één van de andere hoofdwegen van deze wijk. Torp was een op een hoger duinachtig gebied gelegen dorp met een kerk en een kerk hof, inderdaad ongeveer ter plaatse van de huidi ge Torplaan. Er hebben vóór de aanleg van deze wijk opgravingen in de terp plaatsgevonden. Voor vrijwel de hele verdere wijk is geput uit het arsenaal namen van schouten, schepenen en bal juws van het voormalige waddeneiland Huisduinen, aangevuld met enkele namen van adellijke personen die in de historie van dat eiland een rol hebben gespeeld (Willem van Egmond, Graaf Floris V, Gravin Magdalena van Waardenburg, enz.). Voor enkele wegen is de voorkeur gegeven aan namen van vroegere beroepen, die op datzelfde eiland werden uitge oefend (zoals Landmeter, Walvisvaarder, Schout en schepenen, Baljuw, enz.). Het is een uitstekende gedachte om al deze voor de Helderse historie karakteristieke namen op deze wijze te bewaren: zij leiden immers telkens weer - ook bij na ons komende generaties - tot de vraag wie of wat hier vernoemd is. En dan zal voor een antwoord gezocht moeten worden in de historie. Weliswaar staat op het monument op de Afsluitdijk: „Een volk dat leeft, bouwt aan zijn toekomst", maar een volk dat zijn historie ver geet, is niet waard volk te heten. 2) RECREATIE Toen de opkomende recreatiebehoefte een bevrediging vond in het bungalow"dorp" De Zandloper - een mooie dubbelzinnige naam: enerzijds doelend op het grondpatroon der eerste wegen, anderzijds op de hoofdbezigheid der hier huizende recreanten - werd de wens geuit, voor de wegen daarin te denken aan namen der in de nabijgelegen duinen groeiende planten. Wel werd beseft dat die deels al toegepast waren, zowel in de oude stad (Tuindorp), als in Nieuw Den Helder (west). Om verwarring te voorko men en duidelijk te maken dat men te maken heeft met wegen in dit bungalowpark, zijn toen de achtervoegsels (straat, weg, e.d.) weggelaten. Men woont dus in Gentiaan no. 12, Orchis no. 8, enzovoort, en het is terstond duidelijk waar men zoeken moet. Ter hoogte van Julianadorp diende weer later nóg een stadswijk in het poldergebied te verrijzen. Opnieuw moest worden gezocht naar geschikte wijk- en straatnamen. Om een antwoord te vinden, werd ervan uitgegaan dat het uit 1906 daterende Julianadorp als kleine agrarische kem, weliswaar met een verzorgend apparaat maar voor grotere aankopen toch op Den Helder aangewezen, een totaal ander karak ter bezit dan de nieuwe wijk zou verkrijgen. Zij zou door de Langevliet ook duidelijk van dat dorpje gescheiden zijn. De nieuwe wijk zou volkomen zelfstandig wor den met een eigen verzorgend apparaat. Die keuzen zijn toen bewust gemaakt. De nieuwe wijk zou niet in Julianadorp geïntegreerd wor den en het winkelapparaat van Julianadorp zou niet voor de nieuwe wijk geschikt moeten (kun nen) worden, al werd van meet af aan beseft dat de middenstanders aan het Loopuytpark het daar niet mee eens zouden zijn en zeker zouden trachten een graan(tje) mee te pikken van de stroom nieuwe bewoners die zich onder hun handbereik zouden vestigen. Er werd dan ook voor de eerste fase van de nieu we wijk al direct een winkelcentrum ontworpen - en gerealiseerd: De Riepel - en een tweede meer zuidelijk geprojecteerd (Drooghe Bol), en verder scholen, een multifunctioneel centrum, een welzijnsgebouw, kortom alle voorzieningen voor een zelfstandig functionerende wijk. Eén en ander sloot geheel aan bij het dragende stede- bouwkundige uitgangspunt voor heel "groot Den Helder", dat ook al bij de voorgaande wij-

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Levend Verleden - Den Helder | 1992 | | pagina 23