24
Torpedo's worden gelanceerd, er wordt met
scherp geschoten op een kleine gevechtsschijf
en na afloop defileren de schepen voor de
Koningin, die op de brug van de "Hertog
Hendrik" wordt geflankeerd door de hoogste
marine-autoriteit in Den Helder, schout bij
nacht T.L. Kruys, en de commandant van het
pantserschip, kapitein ter zee C.E.L. Helfrich.
De verslaggever aan boord van het pantser
schip maakt minitieus melding van de kleinste
bijzonderheden, inclusief de groeten die wor
den uitgewisseld met de "Dokter Wagemaker"
en de "Marsdiep" van de TESO, en de koeste
rende stralen die de zon uitgiet over het boeien
de tafereel. Na een saluut van 35 schoten stapt
de koningin op de rede over in een mototsloep,
die haar naar de wal brengt. Zij wordt opge
wacht door een juichende menigte.
Op het Westplein
Intussen wordt op en om het Westplein alles in
gereedheid gebracht voor de plechtigheid, die
een groot deel van de middag in beslag zal
nemen. De groepen die aan het défilé zullen
deelnemen, stellen zich op. De Oranjegarde, de
Texelse Oranjevereniging, padvinders, meisjes
van de Graal en vele andere groepen. De koren
en de muzikanten nemen hun plaatsen in,
gespitst op het sein van muziekmeester
Leewens om de Koningin met eeen massaal
"Wilhelmus" te ontvangen.
Klokslag kwart voor drie arriveert H.M. de
Koningin in een open auto bij het erepodium.
Zij is in 't wit gekleed met een witte sluier, in
de geest van wijlen haar echtgenoot, die elf
maanden geleden in een witte rouwstoet naaar
zijn laatste rustplaats werd gebracht. Na de
ceromoniële verwelkoming wordt ter inleiding
het "Vlaggelied" van Verhulst uitgevoerd. In
zijn openingsrede memoreert burgemeester
W.F.G.L. Driessen de oprichting van het
comité Monument Dorus Rijkers, na diens
overlijden in april 1928. Een jaar later werd het
nationale karakter van het monument geaccen
tueerd door de naam van het comité te wijzigen
in "Comité Monument Nederlandsch Redding
wezen".
De Helderse burgemeester schetst de succes
volle initiatieven van het comité en noemt
onder meer de namen van architect P. Kramer
en de beeldhouwers Van Der Veen, Schultz en
Vos. Hij zwaait ook lof toe aan de firma Van
Bergen uit Heiligerlee die het monument heeft
voorzien van een dertig tellend klokken caril
lon.
Koninklijk woord
Dan beklimt Hare Majesteit het spreekgestoelte
om het comité, de beide reddingmaatschappij
en en de vele andere betrokkenen te bedanken
voor de totstandkoming van dit monument en
het borstbeeld van wijlen prins Hendrik. De
koningin spreekt de hoop uit, dat het gedenkte
ken "tot in lengte van dagen de dank van ons
volk moge vertolken voor de daad en moed,
van zelfopoffering en van naastenliefde door
de kloeke redders op onze kust verricht".
Aan het eind van haar rede verzoekt de konin
gin alle aanwezigen op te staan en in stilte de
redders te gedenken, die hun leven gaven om
dat van schipbreukelingen te redden. Daarna
begeeft H.M. zich naar het oostelijke plantsoen
om het borstbeeld van haar overleden gemaal
te onthullen. Naast de beide kransen worden
twee andere geplaatst namens het comité en de
beide reddingmaatschappijen.
Dan is het moment aangebroken voor de inwij
ding van het reddingsmonument. De Koningin
drukt op een knop, waarop in het inwendige
van het monument een bel overgaat, ten teken
dat de Utrechtse beiaardier Johan Wagenaar het
Wilhelmus kan inzetten. Op hetzelfde ogenblik
vallen de vlaggen, die de beeldhouwwerken
aan de voet van het monument hebben bedekt.
Terwijl duizenden mensen het volkslied laten
weerklinken over het Westplein worden dui
zend witte postduiven in tien golven losgela
ten. In steeds wijdere circels vliegen de vogels
boven de feestende menigte, die vervolgens
door het massale koor wordt onthaald op een
lied van Georg Friedrich Handel. Op de melo
die van "Seht, er kommt mit Preis gekröhnt"
wordt een voor deze gelegenheid geschreven
tekst gezongen.