40
Bij een scheepvaartverkeer van 1300 a 1400 schepen per jaar zou dat een jaarlijkse besparing zijn
van rond een half miljoen gulden. Wanneer gemiddeld vier lichtschepen per jaar van het kanaal
gebruik zouden maken, zou dat volgens Blanken een besparing van nog eens f 130.000,- betekenen.
De door Blanken genoemde aantallen zeeschepen, die van het kanaal gebruik maakten, zijn blijkens
de Provinciale verslagen pas na twintig jaar ook daadwerkelijk bereikt. In de jaren na 1850 lagen de
aantallen zelfs aanzienlijk hoger (1700 -2000), terwijl in die jaren ook 7000 a 8000 kleinere bin
nenlandse vaartuigen van het kanaal gebruik maakten en ongeveer evenveel voor de Zaanstrek
bestemde houtvlotten door het kanaal vervoerd werden.
De kosten van het kanaal kwamen aanzienlijk hoger te liggen dan de aanvankelijke begroting van
zes miljoen gulden. In 1824 was het bedrag al opgelopen tot tien miljoen gulden. Naar schatting
heeft het kanaal, inclusief de sluiswerken 12,5 miljoen gulden gekost.
Onteigening
Voor de onteigening van de gronden en opstallen langs het kanaal werden verschillende onteige
ningscommissies ingesteld. In het Zijper gemeente-archief zijn lijsten aanwezig, waaruit blijkt dat
de taxatie-commissie in de Zijpe bestond uit J J.H. van Wickevoort Crommelin (lid van de commis
sie van Landbouw en Gouvernement), L. Ver (burgemeester van Graft) en drie uit de Zijpe afkom
stige notabelen (J. Groenewoud, G. Blaauboer en P. Waagmeester). Het werk van de commissie
kwam gereed op 29 oktober 1822; wel moesten nog een aantal huizen en schuren worden aange
kocht.
In totaal werd f 106.749,75 toegekend voor 232 morgen 547 roeden grond, het betrof in totaal 138
percelen wei- en bouwland, enkele erven en bospercelen van in totaal 60 verschillende eigenaren.
De meeste weidegronden en (al dan niet bezaaide) bouwlanden brachten veertig tot tachtig cent per
roede op (d.i. f 240,- a f 480,- per morgen). Het beste weiland bracht 150 a160 cent per roe op, het
duurste bouwland 100 a 130 cent.
Opvallend is voorts dat aan de weduwe van Jan Hout, kastelein te 't Zand, voor de haar toebehoren
de tuin, laan en bos 200 cent per roede werd uitgekeerd. Verreweg de hoogste prijs n.1. 400 cent per
roede werd uitbetaald voor gronden van de polder (waarschijnlijk inclusief opstallen).
Toen enkele jaren later de vlotbrug bij de Jacob Claassensluis werd vervangen door een pont, achtte
de burgemeester van Zijpe het billijk, dat aan de kinderen van Pieter Marees en de erven van Pieter
Polder extra schadeloosstellingen werden gegeven, "vermits die plaatsen geheel zijn doorsneden en
het meerendeel van hun land aan gene zijde van het kanaal ligt". Immers, bij de taxatie der landerij
en is erop gerekend dat men hun een goede vlotbrug zoude geven; want indien dat het geval niet
geweest ware had men de taxatie destijds veel hoger gesteld".
Tracé door de Zijpe
In een "eerste voorstel" liep het tracé in de Zijpe via de Grote Sloot en op het Keinsmervaart naar
het Zand. Blijkens "eene Memorie over het Groot Noord-Hollandse Kanaal" van oktober 1819 werd
dit tracé echter niet gevolgd, maar werd vanaf de Jacob Claassensluis een tracé door de Zijpe geko
zen, ten dele langs de Ooster Egale-mentsloot.