60
Groei inwonertal in 200 iaar van 2.000 tot 61.500
Ondanks kleine (en soms grote) schommelingen heeft de bevolking van Den Helder in de loop der
jaren een geleidelijke groei vertoond. Tweehonderd jaar geleden, toen de haven werd aangelegd,
liep het inwonertal langzaam voorbij de 2.000. Alleen al in Huisduinen woonden toen 60 koopvaar
dijkapiteins en commandeurs op de walvisvaart.
In 1818 werd het aantal van 3000 gepasseerd. In de daarop volgende decennia kon een snelle groei
worden gesignaleerd. Op 1 januari 1846 had de gemeente Den Helder 9.532 inwoners, die naar
levensbeschouwing als volgt werden geregistreerd: 6.335 hervormden, 1.079 rooms-katholieken,
350 lutheranen, 311 oud-katholieken, 233 doopsgezinden, 205 israëlieten en 19 niet-kerkelijken.
Een kleine kwarteeuw later was de bevolking bijna verdubbeld: 18.332 op 1 januari 1868. Tien jaar
later ruim 22.000, maar toen volgde een kleine neergang tot ca. 20.000 in 1880. Bij de eeuwwisse
ling stond het aantal op rond 25.000, waarna het geleidelijk opliep tot ruim 37.000 bij het uitbreken
van de Tweede Wereldoorlog.
Na deze periode van afbraak en evacuatie bleek het aantal inwoners te zijn teruggelopen tot amper
6.000. Maar na de bevrijding zette het herstel krachtig in. Eind 1945 was het aantal terug op peil
van de eeuwwisseling: rond 25.000.
De gestadige groei zette door: 33.000 in 1948, 34.000 in 1949, 41.000 in 1953, 48.000 in 1960,
55.000 in 1967, tot ca. 64.000 op 1 januari 1984. Daarna zette een geleidelijke daling in tot 61.647
op 1 januari jl. en een (nog niet definitief vastgesteld) inwonertal van 61.435 op 1 oktober 1990.
Tentoonstelling REMAVI trok 25.000 bezoekers
De eerste juni-week van 1935 heeft voor Den Helder in het teken gestaan van het evenement op
dinsdag 4 juni, toen het monument Nederlands Reddingwezen door Koningin Wilhelmina werd ont
huld. Ter gelegenheid hiervan werd aan de Buitenhaven de groots opgezette tentoonstelling REM
AVI gehouden, gewijd aan het Reddingwezen, de Marine en de Visserij.
De belangstelling voor deze expositie was overweldigend. Met Pinksteren, toen de REMAVI ten
einde liep, werd de 25.000e bezoeker geregistreerd. Ook de opkomst van buiten Den Helder moet
wel groot geweest zijn, want onze gemeente telde toen ca. 34.000 inwoners.
Langs een lijn met ups en downs is het bevolkingscijfer sindsdien bijna verdubbeld. Het bedroeg
61.647 op 1 januari 1990.
Wagenpark in Den Helder anno 1934 nog klein
In de edities van de Heldersche Courant, die in de REMAVI-week (juni 1935) verschenen, werd
normaal aandacht besteed aan het nieuwe uit binnen- en buitenland. Voor die tijd uniek was een gra
fische voorstelling van het aantal motorvoertuigen in ons land per 1 augustus 1934. De ANWB ver
strekte een schetskaartje van Nederland, met bij de voornaamste plaatsnamen een klein kadertje met
cijfers.
Het grootste aantal motorvoertuigen werd geteld in de provincie Zuid-Holland, namelijk 47.399
motorrijwielen, personenauto's, autobussen en vrachtwagens. Noord-Holland kwam met 46.473
motorvoertuigen op de tweede plaats. Bijna de helft van het Noordhollandse totaal stond geregis
treerd in Amsterdam (20.188).
Den Helder kwam op een totaal van 806 (228 motorfietsen en rijwielen met hulpmotor, 361 perso
nenauto's, 22 autobussen en 195 vrachtwagens), terwijl Alkmaar stond op 914 (resp. 225, 445, 11
en 233). Over het hele land gerekend waren er 188.264 motorvoertuigen.
Op 1 augustus jl. reden in heel Nederland alleen al 163.000 motorrijwielen, plus ca. 500.000 brom
fietsen. Het totale aantal personenauto's bedroeg op 1 augustus jl. 5.509.173 (tegen ruim 4,5 mil
joen in 1980 en ruim 3,5 miljoen in 1976).