51
In 1860 maakte P.J. Schotel dit aquarel van enkele Hollandse koopvaardijschepen op het Noordhol
lands Kanaal, bij het naderen van de Willemsluizen in Amsterdam.
Ondanks heftig verzet van Alkmaar en Den Helder, die streden voor verdere verbetering van het
Noord Hollands Kanaal, werd in 1864 met het graven van het Noordzeekanaal begonnen. Na de
opening van dit kanaal in 1876 ging de betekenis van het Noord Hollands Kanaal als doorvoerka
naal voor zeeschepen snel achteruit. In 1876 waren er nog 519 "inklaringen" in Den Helder,in 1877
409,in 1885 161 en in 1890 27. Van de 11 sleepboten die op het kanaal dienst deden waren er in
1880 nog 5 over. Zij sleepten in totaal slechts 117 zeeschepen (en 383 houtvlotten). Overigens is in
de periode 1849-1874 aan het kanaal nog ruim zeven miljoen gulden besteed, vooral aan de verster
king van de oevers, het op diepte houden van het kanaal en het maken van een grotere schutsluis bij
Den Helder in 1854.