HUISDUINEN OF DEN HELDER
STRATEGISCH TWISTPUNT
20
In zijn "Ontwikkelingsgeschiedenis en beschrijving der gemeente
Helder" verhaalt de auteur P. Dekker, in zijn aan het verval van Huisduinen gewijde hoofdstuk,
hoe in het laatst der 18e eeuw veel inwoners van daar naar Den Helder verhuisden. De
veranderende omstandigheden van de zeevaart werkten in het voordeel van Den Helder, terwijl de
voortdurende oorlogsomstandigheden het dorp Huisduinen veel nadeel berokkenden.
In 1805 werd het huis der gemeente gevestigd aan Den Helder en werd het zelfstandig
bestaan van Huisduinen beëindigd. In 1829 achtte de regering het gewenst, Huisduinen geheel te
doen vervallen, waartoe de gouverneur van Noord-Holland, Tets van Goudriaen, en de
burgemeester van Den Helder, Jan in 't Velt, zich naar Huisduinen begaven om aan de bewoners
voor te stellen, zich "met der woon" in of bij Den Helder te vestigen. Zoals de geschiedenis heeft
geleerd, lang niet alle ingezetenen waren bereid om hun vertrouwde woonplaats te verruilen voor
een huisje oostelijk van Den Helder.
Blanken ziet bezwaren
Evenwel ben ik van mening dat de door Dekker geschetste gebeurtenis eerder heeft
plaatsgevonden. Wat is het geval? Op 1 februari 1826 bracht de Staatsraad Jan Blanken,
inspecteur-generaal van de Waterstaat, vanuit zijn woonplaats Vianen een advies uit aan de
Minister van Binnenlandse Zaken ter
Jan Blanken in het uniform van Inspecteur-
Generaal van de Waterstaat. Hij draagt de
ordetekenen behorende bij (van links naar
rechtsde Orde van de Rode Adelaar van
Pruisen, de Orde van de Nederlandse Leeuw en
de Orde van het Legioen van Eer. Dit portret is
ca. 1823 vervaardigd door JA. Daiwaille.
zake van de concept-begroting van de waterstaatswerken voor Noord-Holland voor het jaar 1826.
In grote lijnen ging hij met de geraamde posten akkoord, maar tegen één post had hij
overwegende bezwaren, "namentlijk op de post van fl. 20.000,00 voor het bouwen van een blok
huizen aan het Oosteinde van de Helder dat is tusschen het oude dorp en het Nieuwe Maritieme
Etablissement te Willemsoord aan het Nieuwediep ter overbrenging der bewonder van
Huysduynen naar de Helder."
"Dit gedeelte der zeekust met het dorp de Helder en de Zeehaven het Nieuwe Diep heeft
mij", zo schreef hij, "zedert eene secreete last in dato 16 October 1801 van het toenmalige