DE KOOY*,,10 MEI 1940
VERRICHTINGEN VAN DE leJACHTVLIEGAFDELING
Het wordt dag. Boven het Kuitje verraadt de lucht het opkomen van de zon en de
vormen in het landschap worden losgemaakt uit een anonieme schemer. Ze krijgen nu
betekenis: boerderijen, schuren, bomen en hekwerk. Daar het vliegkamp, met
als donkere decorstukken de hangaars.
.or is kennelijk wat aan de hand en dat is in de mobilisatieperiode op dit vroe
ge uur van de dag al meer het geval geweest. Personeel is bedrijvig in de weer en
het geluid van motoren die aanslaan overstemt dat van vogels. Vliegtuigen maken
zich los van de gebouwen en omgeving; schroefcirkels en cockpitdaken glinsteren in
het aarzelende licht. De afzonderlijke raotorengeluiden groeien aan tot één sonoor
gedreun en langzaam, met licht dansende vleugeltips, rollen elf Fokker D XXI-jacht-
vliegtuigen van de 1e JaVA (Jachtvliegafdeling) naar hun startposities. Het is
03.^-5 uur als de eerste toestellen vaart maken steeds sneller gaan ze
staartwiel van de grond dan de karakteristieke "poten" met de stroomlijnwielkap-
pen. De Bristolmotoren draaien optimaal hun toeren, terwijl de één na de andere ja
ger het gras van De Kooy steeds verder onder zich laat. Na een ruime bocht klimmen
de toestellen hogerwaar het eerste zonlicht nu vol op de bruine onderkanten staat
en de oranje driehoeken krachtig kleurt.
In één van de Fokkers vliegt reserve tweede luitenant Herman Doppenberg. Het is
de D XXI no. 221 die met nog twee vliegtuigen een patrouille vormt, waarvan "Dop"
de commandant is./noot1
De 1e JaVA was in het voorjaar van 19^0 de enige operationele afdeling op het
vliegkamp De Kooy. De M.L.D. (Marine Luchtvaart Dienst) had er opleidingen gevestigd
voor vlieger, waarnemer, mitrailleurschutter en vliegtuigmaker. Het materiaal be
stond uit Fokkers S IX en Koolhovens Fk-51, voor die tijd redelijk moderne tweedekkers.
Commandant van het kamp was overste W.H.Tetenburg.
Sinds het begin van de Algemene Mobilisatie op 3 september 1939 heeft de 1e JaVA
verschillende bestemmingen gehad. Op deze datum bevond de Afdeling zich op Schiphol
met kapitein-vlieger Hein Schmidt Crans als commandant. Lt. Doppenberg was in augus
tus naar onze nationale luchthaven overgeplaatst van Soesterberg, waar hij als T.H.-
student geruime tijd "maandvlieger" is geweest. Hij werd belast met technische zaken.
Eigenlijk reageerden we lauw op het bericht dat Engeland en Duitsland in oor
log waren. Je vloog je vloog gezellig, je had een prettige tijd. Ik geloof niet
dat iemand van ons zich er eigenlijk bewust van was dat het wel eens mis kon gaan.
Zelfs later, op De Kooy, vonden we het wel wat spannend worden, maar echt het idee:
"jongens, dat kan wel eens het einde zijn", was er niet bijDpb
Van 11 september t/m 9 november was de Afdeling op Eelde gelegerd in verband met
de beveiliging van het noorden van ons land. Na meldingen door deluchtwachtposten,
die over het hele land verspreid waren, moesten de vliegers nog wel eens in aktie
komen. Meermalen bleek ook dat de bezetting van de posten de eigen vliegtuigen niet
herkende of foutieve schattingen van de vlieghoogten meldde. De 1e JaVA maakte voor
het eerst kennis met De Kooy in november 1939, toen de spanning tussen Duitsland en
o.a. Nederland opliep na verontrustende berichten uit Berlijn over de datum van een
mogelijke invasie op 12 november (de bekende majoor Sas was daar attaché). Men be
sloot de strijdkrachten in opperste paraatheid te brengen: het zg. novemberalarm.
De 1e JaVA werd op 9 november overgeplaatst, waardoor de Stelling Den Helder met
jagers versterkt werd.