42 In de Molenstraat De eerste meidagen van 1940 hebben op mij, als kind van 6 jaar, toch wel veel indrukken achtergelaten. Dat ik daar nu nog wel aan terugdenk zal wel komen door de eerste kennismaking met de oor log. Op een vroege morgen, de tijd weet ik niet meer, bracht mijn vader mijn broertje en mij in een deken gewikkeld, naar beneden en zette ons in de keuken op een stoel. De scherven vlogen over het dak en een stuk schoorsteen van de buren kwam bij ons op de plaats terecht. De angst van toen is mij altijd bijgebleven en de stoel heb ik nog steeds! Wij woonden toen in de Molenstraat. Vaak moesten wij 's nachts het huis uit, wanneer de werf werd gebombardeerd. Dan gingen we naar een tante in de Diaconiestraat waar we met z'n allen in een bedstee scholen tot het weer veilig was. Wat mij ook is bijgebleven dat is, dat op de avond van de capitulatie de lichten allemaal aan moesten. Alles was een zee van licht. Wij gingen toen naar mijn oma en opa Trap in de Sluisdijkstraat en die zie ik nog in een bundel van licht op ons staan te wachten. Nadat op 24 juni 1940 mijn zusje is geboren, werden wij nog in dezelfde nacht naar Schagen gebracht waar wij eerst verspreid, maar later in een omgebouwde garage van oom Jan Overtoom weer met z'n allen, ongeveer 4 jaar lang hebben gewoond. Mevr. J. van Baal-Haagsma Molenstraat - 14-oS-i r

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Levend Verleden - Den Helder | 1990 | | pagina 42