- 2 -
DE GESCHIEDENIS VAN DEN HELDER
tot het einde van de 18e eeuw IN EEN NOTEDOP
Omstreeks 1500 bestond Den Helder onder de benaming van
'die Helder buyrtHet was gelegen ongeveer één kilometer
ten noorden van de plaats, waar thans de zee tegen Kaap Hoofd
aanspoelt. De naam 'die Helder buyrt' is vermeld op een in
1577 door Louris Pietersz, getekende kaart van het eiland van
Huisduinen,
Het dorp Huisduinen wordt reeds genoemd in 866 en was
toen gelegen op een plek, welke plm, 2 kilometer westelijk van
de huidige vuurtoren is gelegen, In het kerklatijn heette het
'Husiduna'. In de akte van verkoop van 29 april 1263 wordt ge
sproken van 'Huusdunen'; een vermelding welke m.i. overeenstemt
met de uitspraak ter plaatse in die tijd. Huisduinen en Ouden
dorp (=Edesthorpa) werden toen door Graaf Floris V verkocht aan
Heer Willem van Egmond voor derdhalv honderd (dit is: 250) pond
penningen. Het was de taktiek der Hollandse graven in die tijd,
om bepaalde buitenposten van hun gebied aan leenmannen over te
dragen (Callantsoog aan de Heren van Brederode en Huisduinen aan
de Heren van Egmond, Westfriesland was toen nog niet onderworpen)
Oudendorp was gelegen in De Nollen. Een schamel restant van
dit dorp was eerder de boerderij 'De Schooten'Daar moet men
Edesthorpa (Torp) zoeken. De begraafplaats aldaar werd nog in de
18e eeuw door de Oud Katholieken van Den Helder en Huisduinen
benut. De kerk was toen reeds verdwenen, maar het is bekend,
dat Helderse metselaars de toen nog aanwezige tufsteen ervan ge
bruikten voor het maken van metselspecie.
Huisduinen was tot aan het eerste kwart van de 17e eeuw be
langrijker dan Den Helder, Er bevonden zich, buiten 'die Helder-
buyrtnog enige buurtschappen op het eiland, t.w. Langebuurt
fiets ten westen van het huidige dorp Huisduinen)Antgebuurt
(nabij de hoek Duinweg-Tuintjesweg)Heiligharn (nabij de huidige
R.-k. begraafplaats aan de Jan Verfailleweg) en Zuyderhorn (nabij
de knik in de dijk van de Helderse polder ter hoogte van het hui
dige fort 'Dirks Admiraal'),
Bij de grote stormvloed op Allerheiligen in 1570 werd het
eiland Huisduinen overstroomd en verdwenen vele huizen van Huis
duinen en Den Helder in de golven. Vele inwoners overleefden de
ramp niet; het land werd zwaar gehavend en veel vee verdronk.
De verdwenen huizen moesten verder landinwaarts opnieuw worden
opgebouwd. In 1600 stond de Huisduiner toren nog op het strand,
maar die stortte toen ook in. Van deze Huisduiner kerk bezitten
we nog steeds de kerkklok, die zelfs de 2e Wereldoorlog heeft
overleefd; het enige overgebleven voorwerp van vóór de Reformatie.
In de loop van de Gouden Eeuw begon het buurtschap Den Hel
der het hoofddorp Huisduinen te overvleugelen. Het kreeg een
eigen kerk, welke in het einde van de 17e eeuw moest worden ver
plaatst, omdat die eerste kerk toen op het strand kwam te staan.
De nieuwe kerk werd gebouwd op 'de Conijnsberg' en vele Oud-
Heldersen zullen zich van vóór 19^ nog de straatnaam 'Oude Kerk
straat' herinneren.
Het rechthuis (raadhuis) stond tot 1805 op Huisduinen, maar
vele vergaderingen van de bestuurders vonden toen reeds plaats
in Den Helder, o.a. in de herberg 'De Rode Leeuw'. In 1805 kwam
het Raadhuis in Den Helder, aanvankelijk in de Smidstraat, later
aan de Dijkstraat, Tot 1835 werd Huisduinen nog in de naam van
de gemeente vermeld; daarna verdween de naam 'Huisduinen' voor
goed, Het 'rechthuis' werd in de tweede helft van de 19e eeuw
afgebroken om plaats te maken voor de woning van het Hoofd van
de Huisduiner school.