De school en het onderwijs in Oudorp (deel 2) In de kroniek van 2015 eindigden wij het artikel over de geschiedenis van het onderwijs in Oudorp in het jaar 1813. Met de komst van erfstadhouder Prins Willem Frederik van Oranje- Nassau in dat jaar, luidden de Nederlanden een nieuw tijdperk in. Dat werd bestendigd doordat deze stadhouder zichzelf in 1815, nadat Napoleon de slag bij Waterloo verloor, uitriep tot koning Willem I. De bevrijding van het Franse juk leidde heel snel tot veranderingen in het bestuurssysteem van steden en dorpen in de Nederlanden. Al op 22 maart 1814 werden, bij Besluit van de Soevereine Vorst, de Heerlijke rechten hersteld. In hetzelfde jaar werd aan hem een verzoekschrift gericht om Oudorp weer zelfstandig te maken, door de samenvoeging in de Franse tijd van de dorpen Broek op Langedijk, Oudorp en Sint Pancras ongedaan te maken. Het verzelfstandigen van Oudorp De Oudorpse ingezetenen, die ijverden voor een zelfstandig Oudorp, schreven in hun verzoekschrift aan de Koning "Oudorp heeft deszelfs eigene Raadhuis heeft zijn dorps- landerijen en die welke aan de algemeene armen toe behoren, er is eene Gereformeerde en een Roomsch-Catholijke Kerk, met de daarbij behoorende Leeraren, alsmede deszelfs onderwijzer, en heeft dus daaromtrent geene behoefte om met anderen vereenigd te zijn. St. Pancras en Broek hebben dit alles ook, uitgenomen een Roomsch Catholyke Kerk, welke zij om derzelver ligging niet behoeven." Bovendien was hun argument, dat de dorpen niet gelijk waren in bezittingen en behoeften, zodat gelijkschakeling zou leiden tot onrechtvaardigheid. Ook het feit dat de Ambachtsheerlijke rechten in Broek en Sint Pancras in handen waren van de dorpen zelf, maar in het geval van Oudorp toebehoorden aan een particulier, was voor de Oudorpers een reden om tot zelfstandigheid over te willen gaan. Pas op 19 december 1816 kwam er schot in de zaak. In een vergadering van Gedeputeerde Staten werd besloten de benoemingen van de leden van een eigen nieuwe gemeenteraad en andere functionarissen te bespoedigen. De daartoe bevoegde instanties werden uitgenodigd tot het indienen van voordrachten. Enkele maanden later, in het voorjaar van 1817 kwam een eind aan de kwestie van de scheiding van de gemeenten. Oudorp kreeg in april zijn Schout en Secretaris, terwijl van het College van Gedeputeerden de benoeming van een Raad afkwam, bestaande uit twee assessoren1) en drie leden. Oudorp stond weer op eigen benen! De Heerlijke rechten Direct na de komst van de koning werd het duidelijk, dat de Heerlijkheidsrechten spoedig voor een deel zouden worden hersteld. Voor de Ambachtsvrouwe van Oudorp wachtte dus een nieuwe taak zodra met het herstel van de oude toestand de zelfstandigheid van de gemeenten zou zijn verzekerd. In de praktijk kwam dat neer op het recht voordrachten te doen, aan de Koning of aan de TSdl 36 KRONIEK VAN OUDORP 2016 Oudor

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kroniek van Oudorp | 2016 | | pagina 36